Pronk: VN hebben Arabische en Afrikaanse steun nodig
De Verenigde Naties hebben de steun nodig van de Arabische en Afrikaanse landen om het akkoord dat zij vorige week sloten met Khartum over de crisis in Darfur te laten slagen. Dat zei de VN–gezant voor Sudan Jan Pronk zondag in de Egyptische hoofdstad Caïro, waar de ministers van Buitenlandse Zaken van de Arabische Liga bijeen zijn.
Volgens Pronk kan het initiatief niet alleen komen van de Sudanese regering. De oplossing van de crisis moet ook de financiële en humanitaire steun krijgen van de internatonale gemeenschap en dan vooral de Afrikaanse en Arabische. Maandag zal het akkoord dat Pronk sloot formeel in Khartum worden ondertekend.
De overeenkomst behelst maatregelen die Sudan moet nemen om de milities in Darfur te ontwapenen, om de veiligheidssituatie in de regio te verbeteren en om maatregelen die de humanitaire crisis verlichten. Ook heeft Khartum beloofd ’veilige gebieden’ in acht te nemen waar geen regeringstroepen actief mogen zijn. Die regio’s liggen in en rond vluchtelingenkampen, in steden en in dorpen zodat burgers hun dieren kunnen verzorgen en op zoek kunnen naar voedsel en water
De actie van Sudan is het direct gevolg van een resolutie van de Veiligheidsraad die op 30 juli werd aangenomen. Onder impliciete dreiging van sancties werd Sudan opgedragen binnen dertig dagen de gewelddadige Arabische milities in Darfur te ontwapenen. De Arabische Liga zal er waarschijnlijk op aandringen om de speelruimte voor Sudan te vergroten door de ’deadline’ van de Veiligheidsraad te verlengen tot negentig of zelfs 120 dagen. Pronk heeft al eerder laten doorschemeren dat de periode van dertig dagen niet heilig is.
De crisis in Darfur is het gevolg van al lang sluimerende etnische spanningen over onder meer landbouwgrond tussen nomadische herders, die zichzelf als Arabieren beschouwen, en boeren met vastere woonplaatsen die hun zwart–Afrikaanse afkomst koesteren.
In februari 2003 kwamen drie van de Afrikaanse stammen in Darfur, die zich verenigden in de rebellengroepen SLA/M en JEM, in opstand tegen de regering, die wordt gedomineerd door een Arabische elite. De regering heeft de regio met militaire middelen bestookt en de zogeheten Janjaweed–milities, vaak tieners of jong–volwassenen, zaaien er sindsdien dood en verderf, met hulp van het regeringsleger.
Zeker 1,2 miljoen mensen in Darfur zijn ontheemd en hebben hun heil elders gezocht. Ze zijn deels naar Tsjaad gevlucht, waar velen leven in kampen. Schattingen over het dodental lopen uiteen van zeker 30.000 tot mogelijk zelfs 80.000.
De regering van Sudan en de twee rebellengroepen zullen op 23 augustus vredesberaad voeren in de Nigeriaanse hoofdstad Abuja, aldus een woordvoerder van de Afrikaanse Unie (AU) zaterdag. Medio juli mislukte een poging van de AU om de strijdenden partijen aan een tafel te krijgen.