Vragenronde (1)
*
Er zijn meer dan tien synodeleden die tijdens de vragenronde willen inspreken. Zij hebben bijna allemaal een of meer kritische vragen bij het voorstel, hoewel er ook waardering klinkt. Ouderling A. M. Stolk (Middelharnis), die „enorm enthousiast” is over het plan, geeft aan dat hij onvoldoende in het plan terugvindt wat nu precies de behoeften van plaatselijke gemeenten zijn. Hij stelt voor een panel te vormen vanuit de kleinere en grotere gemeenten, waarin de diversiteit aan vraagstukken en problemen aan de orde komt.
Ouderling J. Kippers (Rijssen) sluit zich daarbij aan: „We moeten nader onderzoek doen. Wie hebben we op het oog. Wat willen we zijn als PKN? En ik zou ook graag de ”facts and figures” hebben.”
Ds. T. Huisman (Zeerijp) vraagt zich af hoe voorkomen kan worden dat de Kerkcampus verandert in een „klein Jeruzalem”, of „een nieuw soort zuil.” Ook heeft hij er bezwaar tegen dat er gesproken wordt over samenwerking met christelijke politieke partijen: „Heel veel christenen hebben niets met christelijke politiek.”
Ouderling H. B. T. Kronemeijer (Beetsterzwaag), die „heel veel vragen” heeft, ondersteunt het verzoek dat gedaan is om samenwerking buiten de kerk te zoeken. „We moeten niet alleen op de ”incrowd” gericht zijn, ook in verband met de beeldvorming.”
Ds. R. J. Wilschut (Hoogvliet) krijgt het idee dat de synodeleden opgejaagd worden. „Dat is een gevoel, maar ik wil die zorg daarvoor wel uitspreken.” Ds. Wilschut vraagt zich af op welke vraag dit plan een antwoord is en wat de gemeenten hier nu precies aan hebben.
-Diaken B. I. de Leeuw (Zaamslag) is kritisch. „In de presentatie die we hebben gehad, reikten de perspectieven heel ver. Dat werd opgevoerd met filmpjes. Ik ben eigenlijk geneigd om te zeggen: Kalm aan een beetje.”