Bezorgcultuur mag geen bezorgterreur worden
De bezorgcultuur is helemaal terug. Nadat groentenman, melkboer en bakker uit het straatbeeld verdwenen –weggeconcurreerd door supermarkt en SRV-wagen– kwamen spaarzamenlijk de brommertjes van pizzabakkers en shoarmatenten de woonwijken binnengereden. Nu hebben veel van die bezorgmaaltijdbereiders zich verenigd in onder meer Thuisbezorgd.nl. Supermarkten trokken hun eigen bezorgplan, als een reactie op het succesvolle Hello Fresh, Marley Spoon, Vers aan tafel en dergelijke verkopers van maaltijdboxen, en brengen de boodschappen tot in de keuken.
De online verkoop beperkt zich niet tot etenswaar. Wie niet wil, hoeft niet meer naar de winkel. Alles is op internet te bestellen; elke zichzelf respecterende ondernemer beheert tevens een webshop. Nederlanders bestelden vorig jaar online 242 miljoen producten, ter waarde van ruim 13 miljard euro. Wie zegt daar in 2018 niet aan te hebben meegedaan, behoort tot een minderheid van slechts 4 procent.
Al die bestelde producten moeten ook worden bezorgd, liefst vandaag nog. De artikelen vinden via enorme logistieke centra hun weg naar bezorgdiensten als PostNL, FedEx, DPD, DHL of hoe ze maar mogen heten. Woonwijken worden inmiddels overspoeld door professionele pakketbezorgers: op fietsen, brommers, scooters, in busjes, desnoods vrachtauto’s – die de bochten in de hofjes nauwelijks kunnen nemen. De dertigkilometerlimiet en de borden ”Denk aan onze kinderen” lijken niet voor iedereen te gelden. Kortom, het geeft overlast. De doorgang van de straat wordt regelmatig geblokkeerd omdat de pakjesbezorger de auto ‘van zich afschudt’. Het afgeven van bijvoorbeeld die nieuwe spijkerbroek –vaak verpakt in een doos waarin een hele garderobe past– hoeft tenslotte maar even te duren.
En wat als de bezorger vergeefs aanbelt? Zestig procent van de bestellers is overdag niet thuis. Dan moet de buurman uitkomst bieden. Dienst en wederdienst, zou je kunnen zeggen. Maar niet iedereen is er blij mee. Niet voor niets zijn er (online!) stickers te koop met de tekst ”Wij nemen geen paketten aan voor de buren”.
Ook voor dit probleem hebben de pakjesbezorgers een oplossing bedacht. Homerr, een „onafhankelijk sociaal netwerk”, werft mensen „die veel thuis zijn.” Zij kunnen wat bijverdienen als centraal bezorgpunt voor de buurt. ViaTim doet dat voor DHL Express. Een dergelijk centraal punt in de wijk zal echter de toelevering van pakjes en de toegenomen verkeersdruk niet verminderen.
De economische groei heeft weerhaakjes die zich vastzetten in de beslotenheid van een woonwijk, de directe leefomgeving. Het is zaak dat de bezorgcultuur –die onmiskenbaar voordelen heeft– niet ontaardt in bezorgterreur. Een veilige leefomgeving is, zeker voor kinderen, geen luxe maar noodzaak.