Kerk & religie

Beproeving

4 August 2004 07:36Gewijzigd op 14 November 2020 01:29

De eeuwigheid zal niet te lang zijn, geliefden, om God te prijzen. O, hoe zullen de gerechtvaardigden zich eens neerbuigen voor de troon en voor het Lam. Daarop hopen zij, als zij dit lichaam van de zonden hebben afgelegd. Dan zullen zij God eren. O, zielen- en lichaamskrachten worden hier wel eens tot bezwijken gebracht. Zij kunnen met hun zwakke lichaam zulke goddelijke dingen niet verdragen. Ze denken daarom wel eens dat de ziel het lichaam haast zal verlaten.Die Mij eren, zal Ik eren. Het is inzonderheid tot eer van God als men zich in alles aan de wil van Hem onderwerpt, in kruis en in lijden. Dit is een bijzondere gelegenheid om tot eer van God te zijn.

God houdt soms zulke bittere wegen met Zijn volk. Die zijn zo hard voor het vlees, zoals armoede en schande, verachting en smart, ziekte en pijnen, en droevige omstandigheden; verlies van lieve vrienden. De ziel draagt dan zo veel indrukken van Gods hoogheid dat hij ervoor schrikt om het allerminste tegen de Heere te twisten. Dan zeggen ze met David: Ik ben verstomd, ik zal mijn mond niet opendoen, want Gij hebt het gedaan. Hij doe wat goed is in Zijn ogen. Dat zegt Gods volk gewillig, omdat God het zo waard is. Zij willen liever al dat lijden, en nog meer, dan dat God veranderen zou. Hij zal zeggen: Zijn raad zal bestaan.

Johannes Groenewegen, predikant te Werkendam (Verzameling van veertien predikatiën, 1766)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer