Rijst met kerrie, altijd een goed idee
Ook als je graag in de keuken staat, ontbreekt het je weleens aan inspiratie. Omdat je verkouden bent, omdat je in tijdnood zit, omdat je te veel aan je hoofd hebt, omdat de inhoud van de koelkast de creatieve gedachten niet direct op gang brengt.
Maar er moet natuurlijk wel gegeten worden, ook al heb je geen idee. Liefst iets hartigs, want dat spreekt juist in zo’n kookdip vaak aan.
De kans is groot dat het op zo’n dag uitdraait op iets met rijst en kerrie. Dat is een combinatie die het altijd goed doet, althans in mijn wereld. De meeste benodigdheden voor zo’n gerecht behoren in huize Bikker tot de ijzeren voorraad, dus dat is makkelijk. En, als ik eenmaal over het dode punt heen ben, gaat het in de keuken al snel zo lekker dat de kookdip als sneeuw voor de zon verdwijnt.
Een van mijn favoriete varianten van rijst met kerrie is kedgeree of kitchiri, van oorsprong een Indiaas gerecht met rijst en linzen, waar de Britten een eigen draai aan hebben gegeven. De originele versie is vegetarisch, maar in Engeland serveren ze kitchiri ook wel met gerookte schelvis. Die is in Nederland niet algemeen beschikbaar, maar is goed te vervangen door gestoomde makreel. Een zacht gekookt ei erbij is ook een optie. Maar zonder vis of ei is het ook een prima maaltje.
Wie de genoemde specerijen niet in huis heeft: vervang ze eventueel door anderhalve eetlepel kerriepoeder.
Kitchiri
Ingrediënten (voor ongeveer 4 personen): 150 g groene linzen; 200 g basmatirijst; 3-4 uien; 1 teen knoflook; 3 cm verse gember; 1 laurierblaadje; 1 gedroogd pepertje; 6 kardemompeulen; 1 tl mosterdzaad; 1 tl kurkumapoeder; olie; peper en zout; sap van een citroen.
Bereiding
Begin met de linzen. Laat ze eventueel weken om de kooktijd te verkorten. Zie daarvoor de verpakking. Kook ze gaar in ruim water volgens de aanwijzingen. Giet ze daarna af. (Als de kooktijd van de linzen en de rijst gelijk is, kun je ze ook allebei tegelijk bij het kerriemengsel doen.)
Pel de uien. Houd er een apart. Snijd de ove- rige in ringen. Giet een royale scheut olie in een koekenpan. Zet deze op laag vuur, voeg de uienringen toe, bestrooi ze met wat zout en laat ze 20-30 minuten zachtjes fruiten tot ze zacht en zoet zijn. Schud ze regelmatig om. Let op dat ze niet verbranden, voeg eventueel nog wat extra olie toe.
Schil de gember. Rasp de knol op een grove rasp of snijd hem fijn. Snipper de overgebleven ui. Pel de knoflookteen en snijd hem fijn. Doe een scheutje olie in een ruime braad- of stoofpan. Fruit hierin de ui, de knoflook en de overige specerijen zo’n 5 minuten.
Voeg daarna de rijst toe. Roer de inhoud van de pan om en laat alles op laag vuur een paar minuten fruiten. Giet daarna water in de pan. Check de verpakking van de rijst voor de hoeveelheid, in mijn geval ruim een halve liter. Breng de kerrierijst aan de kook. Doe het deksel op de pan en laat het gerecht garen.
Schep, als de rijst gaar is, de linzen door het kerriemengsel. Warm alles nog even goed door. Breng het gerecht op smaak met peper, zout en flink wat citroensap.
Serveer de kitchiri met de uienringen, spinazie en eventueel makreel of een gekookt ei. Volgens zeggen serveerden de Britten hun kedgeree oorspronkelijk als ontbijt. Maar met wat aankleding is het een volwaardige avondmaaltijd.