Binnenland

Stemfie wel, partijposter niet in stemlokaal

20 March 2019 06:54Gewijzigd op 16 November 2020 15:34
Stembureau op station in Castricum. beeld ANP
Stembureau op station in Castricum. beeld ANP

Stemgerechtigden kunnen woensdag hun stem uitbrengen voor Provinciale Staten en de waterschappen. Voor de inrichting van het stembureau en voor het uitbrengen van stemmen gelden tal van regels. Wat mag wel en wat mag niet in het stemlokaal?

  • Een kiezer mag een foto van zichzelf maken in het stemhokje. De Kiesraad is kritisch over zulke ‘stemfies’, omdat de reden voor het maken van zo’n foto zou kunnen zijn dat iemand zijn stem voor geld heeft verkocht en daar bewijs van moet laten zien. Aan de andere kant is het maken van stemfies aantrekkelijk voor jongeren, die juist van harte welkom zijn bij verkiezingen. Na wat discussies sinds de stemfie in 2014 opdook, is besloten dat de stemfie mag.
  • Bij elke verkiezing zijn er stemlokalen waar partijposters blijken te hangen, of vlaggen van buitenlandse politieke partijen, of kranten met duidelijk zichtbare advertenties van partijen. Dat mag niet; een stembureau moet neutraal zijn ingericht. Ook in de directe omgeving van het stembureau mag niemand op wat voor manier ook reclame maken voor een partij noch om volmachten vragen. Dat laatste heet ronselen en is strafbaar.
  • Een stemgerechtigde moet zijn stempas meenemen naar het bureau en moet zich kunnen legitimeren met paspoort, identiteitskaart of rijbewijs. Omdat waterschappen zich uitstrekken over gemeente- en provinciegrenzen, kan het zijn dat een stemmer bij een bepaald bureau niet kan stemmen voor het waterschap waar hij bij hoort. Gemeenten als Amsterdam, Rotterdam en Arnhem vallen zelfs onder het werkgebied van drie waterschappen. De kiezer wordt doorverwezen naar het juiste lokaal.
  • Een stemmer moet vanwege het stemgeheim alleen het stemhokje in. Hiermee wordt ook voorkomen dat iemand wordt gedwongen ergens op te stemmen. Alleen mensen met een lichamelijke beperking en blinden en slechtzienden mogen worden geholpen.
  • Een kind mag niet mee het stemhokje in. Alleen als iemand een baby of een kindje tot drie jaar bij zich heeft kan hij of zij wel toestemming vragen aan de voorzitter van het stembureau, omdat kinderen op deze leeftijd geen invloed op het stemgedrag kunnen hebben.
  • Wie zich heeft vergist en een verkeerd hokje heeft roodgekleurd, mag éénmaal een nieuw stembiljet vragen. Het ‘verkeerde’ stembiljet wordt ingenomen en onbruikbaar gemaakt, maar wel bewaard. Deze biljetten gaan ’s avonds terug naar het centrale stembureau. Een kiezer mag ook helemaal geen hokje inkleuren. Dat geldt als een blanco stem.
  • Er mogen geen gordijnen hangen voor het stemhokje, omdat zichtbaar moet zijn wat een kiezer in het hokje doet.
  • In het stemlokaal moet een tafel en een aantal stoelen staan voor de stembureauleden, een stembus en een of meerdere stemhokjes. De tafel moet op voldoende afstand van de hokjes worden gezet, zodat een kiezer voldoende privacy heeft. De kiezers mogen niet achter de tafel komen, maar ze moeten wel kunnen zien wat de stembureauleden doen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer