Binnenland

„Fortuyn nog steeds onderschat”

De Lijst Pim Fortuyn zou bij de komende kamerverkiezingen wel eens meer zetels in de wacht kunnen slepen dan VVD, CDA of PvdA. In de peilingen wordt de invloed van de Rotterdamse politicus stelselmatig 10 tot 15 procent onderschat. Dat zegt Maurice de Hond, geestelijk vader van de nationale opiniepeilers. „In Rotterdam haalde Fortuyn eenderde van de stemmen, waarom zou hij landelijk op 12 procent blijven steken?”

Peter van Olst
11 March 2002 07:54Gewijzigd op 13 November 2020 23:27

Het was VVD-leider Dijkstal die vorige week in verhulde wanhoop over het succes van Fortuyn zijn zorg uitsprak over de grote invloed van televisiehypes. Hoe kan het toch, aldus de lijsttrekker van de liberalen, dat de paarse coalitie tot een halfjaar geleden in de publieke opinie nog alleszins redelijk presteerde, terwijl zij nu geen goed meer kan doen? Paars heeft toch het begrotingstekort weggewerkt, de schuld gereduceerd en de werkloosheid bijna volledig teruggedrongen?

Achter die vragen van Dijkstal schuilt natuurlijk in de eerste plaats diens grote onrust over de prestaties van de VVD in de opiniepeilingen. Tot november vorig jaar stonden de liberalen keer op keer op winst en leken ze onbedreigd af te stevenen op een nieuwe historische verkiezingsoverwinning. Volgens de brede peiling van vorige week verliest de VVD echter niet minder dan elf zetels, waar de paarse partijen er gezamenlijk 25 moeten inleveren.

Ook de Leidse bestuurskundige dr. Jouke de Vries boog zich vorige week over de vraag hoe het mogelijk is dat de publieke opinie zulke snelle en ingrijpende verschuivingen laat zien. In een interview met het dagblad Trouw wees hij net als Dijkstal op de rol van de media. De Vries hekelt de „vluchtigheid” van de moderne massacommunicatie. „Door hun gebrek aan kennis en consistentie, hun voorliefde voor soundbites, hun gerichtheid op personen, hun neiging alles in termen van een conflict te vertalen, hebben de media geen corrigerende werking meer.”

In tegenstelling tot Dijkstal vraagt De Vries echter ook aandacht voor het onderliggende probleem, dat door de media kennelijk onvoldoende wordt gecorrigeerd. Sinds Lubbers met zijn no-nonsensepolitiek de financiële en sociaal-economische problemen te lijf ging, zijn politici managers geworden. Ze lieten zich niet meer verleiden tot felle ideologische politiek, maar richtten zich op het „resultaatgericht beheersen” van de problemen. „Paars is een uitingsvorm en het hoogtepunt van deze politiek van de managementstaat”, aldus De Vries.

Intussen is de democratie volgens hem verworden tot een „sentimentendemocratie.” „Het politieke systeem is chaotischer dan vroeger. Kleine dingen kunnen enorme consequenties hebben, in no time. In zo’n situatie wordt het bestuur afhankelijk van het toeval en dus onvoorspelbaar.”

Kleine verschillen
Maurice de Hond -jarenlang vooraanstaand opiniepeiler, daarna een tijdlang actief in zijn eigen internetbedrijf Newconomy-, blijkt zich meer thuis te voelen bij de visie van De Vries dan bij die van Dijkstal. „De media kunnen niet iets maken waarvoor in de samenleving geen bodem is”, zo relativeert hij. „Het onderliggende probleem is dat kiezers zich steeds minder verbonden voelen met de gevestigde politieke partijen. Dat is een trend die al in de jaren zestig is ingezet.”

D66 profiteerde daarvan in 1966 door uit het niets met zeven zetels in de Tweede Kamer te verschijnen. In de jaren zeventig lag het aantal ’zwevende’ zetels rond de tien, aldus De Hond. „In de jaren tachtig waren het er rond de twintig, nu zijn er enkele weken voor de verkiezingen nog zo’n dertig zetels te verdelen. De ontzuiling is daarvan maar gedeeltelijk de oorzaak. Wat een veel grotere rol speelt, is dat partijen steeds dichter bij elkaar zijn gaan zitten.”

VVD en PvdA waren vroeger tegenpolen. „Er waren huizenhoge verschillen tussen die partijen”, aldus De Hond. „Kiezers sprongen echt niet zomaar van de ene naar de andere partij, zoals ze nu wel doen.” De paarse samenwerking tussen VVD en PvdA heeft de verschillen alleen maar kleiner gemaakt. „De verschillen worden zelfs verdoezeld. Alleen als er verkiezingen zijn worden ze opgespeeld. Dat maakt de gevestigde partijen alleen maar ongeloofwaardiger.”

Dat de oude links-rechtstegenstellingen verwaarloosd werden schiep ruimte voor een nieuwe tegenstelling: de gevestigde partijen tegenover nieuwkomers, insiders tegenover outsiders. De Hond: „Kiezers voelden zich steeds minder betrokken bij de gevestigde partijen. Steeds meer mensen kregen het gevoel dat de politiek niet meer over hen ging. In dat gat zijn in 1994 de ouderenpartijen gesprongen. Maar zij hadden het probleem dat ze zich eigenlijk maar op één issue concentreerden.”

Anno 2002 heeft Pim Fortuyn zich aangediend als „kristallisatiepunt van de onvrede.” Daardoor zullen uiteindelijk lang opgekropte gevoelens van onvrede een uitweg vinden, aldus De Hond. „Fortuyn is een outsider met aantrekkingskracht. Hij kan de diepe onvredegevoelens kanaliseren. Leefbaar Hilversum en Leefbaar Utrecht zijn hem op lokaal niveau voorgegaan. Dat waren heus niet louter lokale ontwikkelingen. Ze toonden aan hoe snel het kan gaan als er een alternatief met aantrekkingskracht is.”

Onderschatting
Het verbaasde De Hond in het geheel niet dat Pim Fortuyn vorige week als lijsttrekker van Leefbaar Rotterdam liefst eenderde van alle stemmen trok. Fortuyn kwam uit op zeventien zetels, terwijl de opiniepeilers hem er maximaal tien hadden toebedeeld. „De peilingen onderschatten Fortuyn”, stelt De Hond. „Mensen schamen zich om tegen opiniepeilers te vertellen dat ze op Fortuyn stemmen, vooral als ze voorheen tot de PvdA behoorden. Ook in de landelijke peilingen moet je Fortuyn nog 10 tot 15 procent hoger aanslaan.”

De Hond sluit zelfs niet uit dat de Lijst Pim Fortuyn op 15 mei als grootste uit de stembus komt. Hij heeft geen goed woord over voor de manier waarop de gevestigde partijen de Rotterdammer bestrijden. „Dat werkt alleen maar averechts. In Rotterdam hoorde je vorige week onvoorstelbaar aanmatigende reacties op de winst van Fortuyn. Tja, het werkt natuurlijk niet in je voordeel, als je de kiezers voor gek gaat verklaren.”

Ook de landelijke reacties op de winst van Fortuyn zijn volgens De Hond niet erg verstandig. „De generaals zijn nog met de vorige oorlog bezig, terwijl de nieuwe al is begonnen”, is zijn indruk. „Ze brengen in verkiezingstijd alle oude trucjes weer in stelling. Zo haalt de VVD een oude rot als Bolkestein van stal om Fortuyn te bestrijden. Dat versterkt bij kiezers het gevoel dat ze niet meer bij zulke partijen horen.”

Oude trucjes
Paars heeft de opkomst van Fortuyn helemaal aan zichzelf te wijten, aldus De Hond. „De afgelopen jaren hebben de paarse partijen niet gezorgd voor nieuwe politieke inspiratie, ze zijn niet met vergezichten gekomen, ze hebben veel achter gesloten deurtjes geregeld en hopen in verkiezingstijd de kiezers weer te paaien met oude trucjes. Dat werkt allemaal tegen de paarse partijen. Het CDA heeft weinig oppositie kunnen voeren. Daarom profiteren nu de outsiders.”

Fortuyn formuleert helder en scherp. De omslag in het denken over paars, die zich in het laatste halfjaar heeft voorgedaan, heeft volgens De Hond alles te maken met de opkomst van Fortuyn. „Hij heeft de onvrede onder woorden gebracht. Dat is natuurlijk tegen het zere been van de gevestigde partijen. Je kunt daarom het scenario al uittekenen. De Lijst Pim Fortuyn haalt op 15 mei 25 tot 35 zetels, maar wordt door de gevestigde partijen uitgesloten van regeringsdeelname. Dat is in eerste instantie ook gebeurd met Leefbaar Hilversum en Leefbaar Utrecht.”

„Je krijgt dan een brede coalitie van PvdA, CDA en VVD. Fortuyn kan oppositie gaan voeren. Daarmee heb je de insider-outsider-tegenstelling in optima forma. Als Fortuyn iets goed kan, is het oppositie voeren. Kun je nagaan wat er dan bij de volgende verkiezingen zal gebeuren.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer