Jihadist met spijt vecht voor Nederlanderschap
Een 21-jarige man uit Amsterdam die is veroordeeld voor jihadistische terroristische misdaden, heeft de rechter ingeschakeld omdat hij zijn Nederlanderschap niet wil kwijtraken. De man zei donderdag tegen de voorzieningenrechter in Amsterdam dat hij tot inkeer is gekomen en geen gevaar vormt voor de maatschappij. Hij wil niet worden uitgezet naar Marokko, waar zijn ouders vandaan komen en waarvan hij ook de nationaliteit heeft.
„Ik heb daar niets, geen familie meer, geen werk, mijn vrouw is hier, ik heb nu werk en een studie en ben bezig mijn leven op de rails te krijgen”, zei de man. Ook is hij bang dat hij gevaar loopt, omdat Marokko volgens hem niet zo goed omgaat met mensen die worden verdacht of zijn veroordeeld voor terrorisme. Hij voelt zich dubbel bestraft door Nederland.
De man probeerde zich in 2015 aan te sluiten bij IS, maar werd onderweg naar Syrië onderschept in Bulgarije. Het gerechtshof veroordeelde hem in 2017 tot vijftien maanden celstraf, waarvan tien maanden voorwaardelijk.
De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid besloot onlangs hem het Nederlanderschap te ontnemen. Volgens de landsadvocaat handelt Nederland daarmee volgens de wet en internationale verdragen. Ze wees er verder op dat in het gesprek voorafgaand aan het besluit niets gezien is van inkeer. „Bovendien is dé grond om hem het Nederlanderschap te ontnemen, niet het mogelijke gevaar voor de samenleving. De reden is dat hij iets heeft gedaan wat zo tegen de essentiële waarden van de Staat indruist, dat het ,klaar” is.’’
Volgens zijn advocaat begrijpt de Amsterdammer de achterdocht van de overheid maar wil hij het vertrouwen terugwinnen. Ook vindt hij dat er sprake is van discriminatie door de Staat, omdat zo’n zware maatregel niet kan worden genomen tegen Syriëgangers die alleen de Nederlandse nationaliteit hebben.
Uitspraak over veertien dagen.