Top Ahold-dochter aangeklaagd in VS
Openbare aanklagers in de Verenigde Staten hebben dinsdag vier oud-bestuurders van Ahold-dochter US Foodservice in staat van beschuldiging gesteld wegens fraude. Zij waren betrokken bij het boekhoudschandaal dat ook Ahold in verlegenheid heeft gebracht.
Dat heeft de Amerikaanse officier van justitie David Kelly in New York bekendgemaakt. De vier bekleedden topfuncties bij US Foodservice, waar tussen 2000 en 2002 op grote schaal werd gesjoemeld met inkoopkortingen en de winstcijfers werden opgeschroefd.
Het gaat om een oud-marketing-directeur, een financieel manager en twee topmensen van de inkoop. Het zijn de eerste aanklachten in deze zaak. Twee van de vier hebben toegegeven dat zij betrokken waren bij de fraude. De voormalige topman van US Foodservice, J. Miller, behoort niet tot de aangeklaagden. Onderzoek of hij op de hoogte was van de fraude loopt nog.
Bij US Foodservice werd in 2001 en 2002 minstens 500 miljoen dollar gefraudeerd. In totaal zou het om een fraudebedrag van 880 miljoen dollar gaan. Het bedrijf krikte de winst op door inkoopkortingen in de boeken op te nemen die nooit waren gegeven. Hierdoor schatte Ahold de waarde van het bedrijf systematisch te hoog in.
Bij de presentatie van de jaarcijfers in 2003 kwam de fraude naar buiten en maakte Ahold bekend dat het 2,7 miljard euro moest afboeken op de voor US Foodservice betaalde goodwill. Ahold geeft gedurende het onderzoek van de Amerikaanse justitie en de New Yorkse beurs geen commentaar.