Bedrijven kopen toegang tot conventie
De grote Amerikaanse ondernemingen betalen voor een belangrijk deel de kosten van alle evenementen rond de partijconventies van de Democratische en Republikeinse Partij in de Verenigde Staten. De bijeenkomsten, de Democratische is momenteel gaande in Boston en de Republikeinse volgt eind augustus in New York, kosten gezamenlijk meer dan 100 miljoen dollar.
De ondernemingen maken handig gebruik van een gat in een wet die het bedrijfsleven verbiedt politieke partijcampagnes grootschalig te sponsoren. De nationale verkiezingscommissie in de VS heeft namelijk bepaald dat ondernemingen ongelimiteerd hun gang kunnen gaan bij conventies, zolang de activiteiten erop zijn gericht de conventiestad en niet direct de politiek te promoten.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat de grote bazen van de Amerikaanse industrie en hun lobbyisten zich dezer dagen massaal in Boston hebben gemeld. Time Warner gaf er volgens de zender ABC afgelopen zondag een groot ontvangstfeest voor volksvertegenwoordigers met vuurwerk in de haven. De onderneming betaalde alle kosten, maar kreeg vooral de kans er uitgebreid te spreken met vooraanstaande Democraten, zoals in dit geval Nancy Pelosi, die de Democratische fractie in het Huis van Afgevaardigen leidt.
Ferd Wertheimer van Democracy21.net, een groepering die toeziet op het democratisch gehalte van de verkiezingen, spreekt op zijn website schande van de praktijken. Hij vindt dat er ethische grenzen worden overschreden en dat partijbonzen zich niet moeten laten fêteren door het grootkapitaal. Hij vindt dat het ondernemingen verboden moet worden op indirecte wijze de conventies „en daarmee het politieke proces" te sponsoren en te beïnvloeden.
Volgens ABC zijn er dezer dagen in Boston zeker 250 evenementen die rechtstreeks door grote bedrijven worden betaald. Ze laten zelfs topfiguren als senator Hillary Clinton en dochter Chelsea in privé–jets van het bedrijf overvliegen.
En als de Republikeinen over enkele weken bijeenkomen in Manhattan, verschuift ook de aandacht van de machtige Amerikaanse industrie zich naar de plaats waar dan mogelijk (toekomstig) gewin is te behalen.