Slachthuis vervolgd voor paardenvleesaffaire
Slachthuis Van Hattem uit Dodewaard en de directeur worden vervolgd voor hun rol bij een paardenvleesschandaal vijf jaar geleden. Ze worden formeel verdacht van valsheid in geschrifte. Volgens de beschuldigingen is paardenvlees verwerkt in producten die werden verkocht als rundvlees. De illegale winst die de directeur van het slachthuis daarmee maakte is becijferd op 2,5 ton.
Behalve het slachthuis en de 52-jarige directeur worden ook een vleeshandelaar uit Doesburg en een vrieshuis in Olst aangeklaagd. De strafzaak dient op 28 en 29 januari bij de rechtbank in Den Bosch.
De slachterij in Dodewaard kwam begin 2014 in opspraak omdat er mogelijk werd gerommeld met paardenvlees. Het vlees dat Van Hattem verwerkte werd onder andere geleverd aan de supermarkten Deka, Deen en Vomar.
In een vergelijkbare strafzaak over fraude met paardenvlees werd de Osse vleeshandelaar Willy Selten in 2015 veroordeeld tot 2,5 jaar celstraf. Tegen hem was vijf jaar gevangenisstraf geëist. Het hoger beroep van zowel de aanklager als de verdachte moet nog worden behandeld.