Oorlogskinderen centraal in Museum Het Valkhof
In Nijmegen zijn aan het eind van de Tweede Wereldoorlog heel veel kinderen om het leven gekomen. Andere kinderen verloren hun vader, moeder, broers en zusjes. Museum Het Valkhof in Nijmegen opent in februari twee tentoonstellingen over oorlogsgeweld en kinderen, omdat het op 22 februari 75 jaar geleden is dat de Gelderse stad deels werd weggevaagd door een vergissingsbombardement van de geallieerde bevrijders.
Kinderen van de Oorlog toont portretten van kinderen die getroffen werden door het bombardement, waarbij ongeveer achthonderd mensen om het leven kwamen. Zo overleden tientallen kleuters doordat hun school een voltreffer kreeg. Nijmegen werd in september 1944 bevrijd, maar was in de laatste oorlogswinter frontstad, doordat de opmars van de geallieerden door Nederland stokte. Die winter eiste nog eens honderden levens.
Kinderen van de Oorlog gaat ook over het verdere leven van de kinderen die maandenlang te maken hadden met oorlogsgeweld, of die wees waren geworden. Er is volgens het museum verder aandacht voor kinderen die onlangs uit een oorlogsgebied zijn gevlucht en die nu in Nijmegen wonen.
Tegelijkertijd is in het museum een tentoonstelling te zien van het werk van Ceija Stojka (1993 - 2013), een Roma-meisje uit Oostenrijk dat drie concentratiekampen overleefde. De vooral in het buitenland bekende Stojka begon op middelbare leeftijd met schrijven en schilderen over haar kindertijd. „Ze vertelt het universele verhaal van het lijden van kinderen in oorlogstijd”, aldus Het Valkhof. De expositie van Stojka was eerder te zien in Parijs en gaat na Nijmegen door naar Museo Reina Sofia in Madrid.