„Opdringen Oekraïens is spelen met vuur”
Oekraïense politici gebruiken taal als thema om kiezers te winnen. De huidige president Petro Porosjenko bevordert het Oekraïens ten koste van het Russisch. „Het is spelen met vuur.”
Zevenduizend Oekraïenstalige schoolboeken liggen te glimmen in de aula van school nummer 66. Trots laat schooldirectrice Natalja Rovitskaja (56) ze zien. De boeken zijn persoonlijk afgeleverd door de vrouw van de president, Marina Porosjenko, die op bezoek was in de zuidoost-Oekraïense stad Marioepol.
Petro Porosjenko trekt met zijn leuze ”Leger; taal; geloof” door het land voor de presidentsverkiezingen in maart. Een versterkt leger tegen Rusland, taal voor de nationale identiteit en een onafhankelijke Oekraïens-Orthodoxe Kerk. Het doel is de eeuwenlange Russische invloeden uitbannen.
Volgens onderzoek uit 2015 van denktank Razoemkov Centrum beschouwt 60 procent van de bevolking het Oekraïens als moedertaal, tegenover 15 procent het Russisch. Maar in de oostelijke Donbasregio, met steden als Marioepol, heeft 40 procent het Russisch als moedertaal.
Onder Porosjenko zijn wetten geïntroduceerd ter bevordering van het Oekraïens. Oekraïenstalige liedjes krijgen meer speeltijd op de radio. Op tv moet 75 procent van de programma’s in het Oekraïens. Vorig jaar besloot Kiev dat alle lessen vanaf de vijfde klas van het basisonderwijs verplicht in het Oekraïens worden gegeven. Russischtaligen zien dit als een aanval op hun rechten.
Opjutten
Voor politici is taal een wapen om kiezers te trekken. Of ze komen op voor het Oekraïens, of verdedigen het Russisch. Zulke ideeën verdelen de bevolking, zegt Sergej Pachomenko (45), docent geschiedenis aan de Humanitaire Staatsuniversiteit. „Politici jutten mensen ermee op.”
De taalkwestie was in 2014 de lont in het kruitvat. Het parlement draaide in die dagen van revolutie een wet terug, waardoor het Russisch zijn officiële status verloor. Waarnemend president Toertsjinov ondertekende het besluit niet, maar het was al te laat. Rusland zag zijn kans schoon om de Krim te annexeren. En in de Donbas brak een oorlog uit.
„Een domme beslissing van het parlement, in de euforie van de revolutie”, zegt Pachomenko. „De Russische propaganda maakte er dankbaar gebruik van.”
School nummer 66 was in 1990 de eerste school in Marioepol met alleen Oekraïenstalige lessen, vertelt Rovitskaja in haar werkkamer. Rovitskaja behoorde tot de eersten die er les gaf. „We begrepen dat als Oekraïne een onafhankelijke staat wilde worden, het een eigen taal moest hebben.”
De onafhankelijkheid van Oekraïne volgde in 1991, maar Marioepol bleef een Russischtalige stad. Het is de taal van de samenleving, gesproken door jong en oud op straat en thuis. In een boekwinkel aan de Vredesboulevard zijn veruit de meeste boeken in het Russisch. Vijftig meter verderop verschijnt de menukaart in een hip café in het Russisch. Net als uithangborden van middenstanders.
Boekwinkel
Wel wint het Oekraïens terrein, zegt Rovitskaja. Ze ziet dat meer Oekraïners beseffen dat hun land een eigen taal nodig heeft. Die 7000 schoolboeken zijn nodig, omdat steeds meer kinderen les krijgen in het Oekraïens. In de boekwinkel aan de Vredesboulevard bevestigt verkoopster Natalja (50) deze tendens. Dostojevski en Boelgakov liggen nu in het Russisch in de etalage. Ze sluit niet uit dat hun boeken in de toekomst in het Oekraïens verschijnen. „Als die trend doorzet, verandert Marioepol in een Oekraïenstalige stad.”
Maar, waarschuwt docent Pachomenko: „Dring het Oekraïens niet te veel op. Dat is spelen met vuur.”