Tegenstanders van de Amerikaans-Britse invasie van Iran gebruikten Washingtons claim als bewijs dat de regering-Bush Irak onder valse voorwendselen was binnengevallen. Deze beschuldiging werd nog versterkt door het feit dat de Amerikanen na de invasie geen massavernietigingswapens in Irak vonden. Reden voor zowel Washington als Londen om het functioneren van hun respectievelijke inlichtingendiensten te laten doorlichten door parlementaire commissies.

In het Britse parlementaire rapport dat scherpe kritiek uit op de Britse inlichtingendiensten staat echter tussen alle kritiek te lezen dat Bagdad wel degelijk heeft geprobeerd om uranium in Niger te kopen. De betreffende beschuldiging van premier Tony Blair en president George Bush aan het adres van Saddam Hussein was volgens dit Britse rapport „zeer zeker gefundeerd.” Het rapport zegt alleen niet precies welke informatie tot deze conclusie heeft geleid.

Ook het Amerikaanse parlementaire rapport dat tien dagen geleden werd bekendgemaakt is zeer kritisch over het Amerikaanse inlichtingenwerk. Maar in dit rapport staat wel dat Franse bronnen bevestigen dat Saddam Hussein Niger heeft benaderd. Dat wordt bevestigd door het rapport dat de Amerikaanse oud-ambassadeur Joseph Wilson -die de betrouwbaarheid van eerdergenoemde documenten moest onderzoeken- naar Washington stuurde. Wilson beweerde later echter dat Washington over de uraniumclaim had gelogen.

Concreet bewijsmateriaal ligt nog niet op tafel, maar volgens senator Pat Robert, voorzitter van de Amerikaanse senaatscommissie die het inlichtingenwerk onderzocht, is een en ander de moeite waard om nader te onderzoeken. „Ik was er vorig jaar van overtuigd dat wij fout zaten. Nu weet ik het niet meer. De zaak moet wellicht nader onderzocht worden”, aldus Roberts.

Witte-Huiswoordvoerder McClellan wilde alleen kwijt dat „beide rapporten voor zichzelf spreken.” Volgens waarnemers wil Washington het debat over de invasie in Irak niet opnieuw openen, omdat daarbij voor Bush toch te veel negatieve elementen opgerakeld zouden worden die de kansen op herverkiezing voor de president in november zouden kunnen schaden.