Stamppot zonder worst
Wie stamppot zegt, denkt wellicht automatisch aan spekjes en worst. Maar het kan ook prima vleesloos.
Al dienen die plakjes worst en blokjes spek in stamppot natuurlijk wel een doel. Als je ze weglaat, moet je iets doen om dat te compenseren. Een paar suggesties.
Vlees is in de eerste plaats een bron van eiwitten. Als alternatief kun je voor peulvruchten kiezen – zie het recept voor vijfschaft, al is dat strikt genomen geen stamppot. Een gekookt of gepocheerd ei kan ook lekker zijn, bijvoorbeeld bij prei en witlof. Verder is kaas een voor de hand liggende eiwittenbron. Niet alleen Goudse is daarvoor geschikt. Brie of camembert combineert prima met het bittere van andijvie. Paturainachtige kruidenkaas is lekker door de hutspot of de boerenkool. Verder zou je noten over de stamppot kunnen strooien. Bijvoorbeeld cashewnoten over de boerenkool en walnoten over de andijvie. Doe dat op het laatste moment of pas aan tafel, anders worden ze zacht.
Vlees zorgt in stamppotten ook voor hartigheid en extra smaak. Kaas heeft diezelfde dubbelrol. Als je geen vlees bij de stamppot serveert, kun je voor extra hartigheid mosterd of een scheutje ketjap toevoegen. En zet bijvoorbeeld augurken, zilveruitjes of chutney op tafel. Kook uien niet mee, maar smoor ze in een aparte pan langzaam goudgeel en geurig en breng ze pittig op smaak met peper en zout en eventueel kerriepoeder of andere specerijen. Als je ervan houdt, kun je de laatste vijf minuten wat in plakjes gesneden champignons meebakken. Die paddenstoelen zijn dan ook gelijk weer goed voor de eiwitten.
Vlees geeft je iets om op te kauwen, wat bij een soms bijna gepureerd gerecht als stamppot een prettig contrast geeft. Augurken, zilveruitjes, champignons, gebakken uien en noten voorzien enigszins in de behoefte aan iets stevigs. Je kunt de stamppot ook minder slobberig maken door op het laatste moment een handje rauwe groente toe te voegen.