E-mails duiden op hergroeperen al-Qaida
Amerikaanse inlichtingendiensten hebben de laatste tijd nieuwe websites ontdekt en e-mailverkeer onderschept die duiden op pogingen van aanhangers van het al-Qaida-terreurnetwerk van Osama bin Laden om na de militaire operaties in Afghanistan weer een gestructureerd communicatiesysteem op te zetten.
Deze communicatie is zeer internationaal van karakter, maar een belangrijk deel ervan lijkt geconcentreerd in de Pakistaanse provincie Belutsjistan en in Kasjmir, het gebied waarover Pakistan en India al jarenlang ruziën. „Wij weten niet of de al-Qaida-leiding zich daar hergroepeert, maar het is wel duidelijk dat men na het verlies van Afghanistan als centraal communicatiecentrum nu bezig is om een nieuwe communicatiestructuur te creëren”, aldus John McLaughlin, plaatsvervangend directeur van de Amerikaanse inlichtingendienst CIA tegenover The New York Times.
Belutsjistan dat zowel grenst aan Afghanistan als aan Iran is een van de provincies waar de Pakistaanse autoriteiten soms nauwelijks hun gezag kunnen doen gelden. Al-Qaida-aanhangers kunnen hier volgens Amerikaanse bronnen makkelijk opereren onder bescherming van lokale stamhoofden die al-Qaida welgezind zijn. Er zijn volgens de Amerikanen geen aanwijzingen dat Osama bin Laden of andere leden van de al-Qaida-top zich momenteel in Pakistan bevinden. Het is ook niet duidelijk of het hier om pogingen gaat om een nieuwe basis te creëren, of dat men vanuit dit gebied naar een andere basis zoekt eventueel buiten Azië.
Het contact met al-Qaida-aanhangers in het buitenland -onder andere Europa, de VS en Zuidoost-Azië- loopt vaak via openbare gelegenheden zoals internetcafés, openbare bibliotheken of communicatiecentra die beschikbaar zijn op vliegvelden. Dat maakt het voor de inlichtingendiensten moeilijk om deze contacten op te sporen en te identificeren. McLaughlin legt er de nadruk op dat men uit de contacten geen specifieke bedreigingen tegen bepaalde doelen heeft kunnen destilleren, maar men maakt zich wel zorgen over het feit dat het netwerk duidelijk bezig is een nieuwe -uiterst mobiele- communicatiestructuur op te bouwen.