Binnenland

’Poolse arbeidsmigratie overdreven’

„Het voelt geweldig om deel uit te maken van de Europese Unie. Dat was vijftien jaar geleden alleen nog een mooie droom. Maar nu het ons is gelukt willen we ook verantwoordelijkheid dragen."

ANP
15 July 2004 16:10Gewijzigd op 14 November 2020 01:26

Aan het woord is de Poolse minister van Buitenlandse Zaken Cimoszemicz. Hij was donderdag te gast bij zijn Nederlandse collega’s Bot en Van Ardenne en had een gesprek met oud–premier Kok over het concurrentievermogen van de Europese Unie.

Het is niet de eerste keer dat Cimoszewicz Nederland bezoekt. Begin jaren negentig deed hij dat als minister van Justitie en later nog eens als premier tijdens het kabinet–Kok.

De bewindsman is lovend over de onderlinge relatie tussen Polen en Nederland. Er is volgens hem geen vuiltje aan de lucht. Zelfs de afscherming van de Nederlandse arbeidsmarkt is volgens hem meer een „theoretisch dan een praktisch probleem voor de Polen".

Maar landen als Nederland hebben het gevaar een arbeidsmigratiegolf vanuit de nieuwe Oost–Europese lidstaten wel overdreven, vindt hij. Het Verenigd Koninkrijk dat zijn grens wel volledig openstelde, heeft tot nu toe slechts 7000 Poolse werkzoekenden over de vloer gekregen. „Dat is toch nauwelijks een golf te noemen."

Ondertussen groeit de handel tussen beide landen. Vorig jaar ging het om circa 4,5 miljard euro. „En als de voortekenen niet bedriegen komen we dit jaar boven de 5 miljard uit," aldus Cimoszewicz. Daarbij komt dat Nederland met 10 miljard euro de tweede buitenlandse investeerder is in Polen.

De Nederlandse investeringen zijn welkom en Cimoszewicz maakt zich ook niet al te veel zorgen over landaankopen van Nederlandse boeren. Maar Polen hoopt wel dat de Nederlanders respect tonen voor het milieu. Ze willen niet dat Nederland zijn mestprobleem exporteert naar Polen.

Voor het Nederlands voorzitterschap van de Europese Unie heeft Cimoszewicz één belangrijke boodschap en dat is steun voor de Nederlandse pogingen om de zogeheten Lissabonstrategie meer elan te geven. „De Europese landen zouden zich minder druk moeten maken over de onderlinge concurrentie en meer oog moeten hebben voor de concurrentie op de wereldmarkt," zei de bewindsman met een verwijzing naar de angst voor goedkopere Poolse arbeidskrachten.

Verder wil Cimoszewicz de roulerend EU–voorzitter duidelijk maken dat Polen een inhoudelijke rol kan spelen in de relatie van de EU met landen als Rusland, Oekraïne, Moldavië en Wit Rusland. Het gaat de Poolse minister dan zowel om de veiligheidsstrategie aan de buitengrenzen, bijvoorbeeld migratie, als om hulp aan landen die geïnteresseerd zijn in het lidmaatschap van de Unie. Wat Nederland voor Polen heeft betekend, kunnen wij wellicht voor sommige van onze oosterburen betekenen," aldus Cimoszewicz.

Hij hoopt dat de pogingen van Nederland om het financiële beleid van de Unie te verzakelijken zullen slagen. Het rondpompen van geld heeft ook in de ogen van de Polen weinig zin. In de komende zes tot acht jaar moet de Unie proberen de welvaartskloof met de nieuwe lidstaten te dichten en de eigen instituties te versterken, vindt de bewindsman.

Maar die inspanning hoeft wat hem betreft het lidmaatschap van Turkije niet in de weg te staan. „Als je iets beloofd hebt moet je het ook nakomen. Alleen kan Turkije niet verwachten dat het snel gebeurt."

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer