Onderzoek naar hulp aan rebellen in Syrië
Er komt een onderzoek naar de hulp aan gewapende groepen in Syrië. Naast de coalitiepartijen steunden ook PvdA, GroenLinks en SGP dit verzoek. Minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken) erkende in het debat dat de steun beter had gekund.
Het onderzoek moet worden uitgevoerd door de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) en de Commissie van advies inzake volkenrechtelijke vraagstukken (CAVV). Het moet er toe leiden dat er voorwaarden komen waaraan toekomstige hulp (geen wapens) aan gewapende groepen in het buitenland kan worden getoetst.
Blok gaf tijdens het debat al toe dat het steunprogramma dat liep van 2015 tot begin 2018 niet vlekkeloos is verlopen. De selectie van de groepen en het toezicht daarna had „intensiever” en „scherper” gemoeten. Ook had de volkenrechtelijke toetsing beter gemoeten.
Maar het beeld dat de 22 gesteunde groepen „op grote schaal met terrorisme bezig waren is ook onjuist”, aldus de minister. Uit onderzoek van Nieuwsuur en Trouw bleek dat de hulp ook in handen van jihadisten is gekomen. Deze groepen pleegden mensenrechtenschendingen. Aan de hulp is 27,5 miljoen besteed.
De SP zegt het vertrouwen in de minister op omdat de Tweede Kamer verkeerd zou zijn geïnformeerd over het steunprogramma. DENK en de PVV zullen de motie ook steunen. „Nederland heeft terreur gesteund”, oordeelde Raymond de Roon van de PVV.
De Tweede Kamer wil vooral lessen trekken uit het in opspraak geraakte steunprogramma voor gematigde Syrische rebellen. „We moeten heel goed terugkijken wat er is gebeurd”, zei D66’er Sjoerd Sjoerdsma. „Ontoereikend en teleurstellend” was zijn oordeel over het hele programma.