„Uitlevering Saïd C. is zaak voor Hoge Raad”
De uitlevering van de drugsverdachte activist Saïd C. aan Marokko is ten onrechte tegengehouden door de rechtbank. Dat stelt de advocaat-generaal in zijn advies aan de Hoge Raad. Die moet zich volgens hem over de uitlevering uitspreken.
De man uit Roosendaal wordt in Marokko verdacht van internationale drugshandel en corruptie. Volgens Marokko is hij ook betrokken bij de financiering van de maandenlange protesten in de Rif-regio in het noorden van het Noord-Afrikaanse land.
De rechter in Breda wilde niet meewerken aan uitlevering van de Marokkaanse Nederlander, omdat de kans groot zou zijn dat hij een oneerlijk proces krijgt en zou worden gefolterd, of dat verklaringen na foltering van anderen tegen C. zouden worden gebruikt.
Volgens de advocaat-generaal is door de rechtbank onvoldoende aangetoond dat er maar een kleine kans op een eerlijk proces is. Ook is onvoldoende uit de verf gekomen dat C. in Marokko een beroep kan doen op de rechter als toch sprake zou zijn van schending van zijn rechten.
De advocaat-generaal adviseert om het vonnis van de rechter te vernietigen en het uitleveringsverzoek te laten behandelen door de Hoge Raad. Die zou dan ook C. zelf moeten horen.
Het is nog niet bekend wanneer de Hoge Raad uitspraak doet.