Groen & duurzaamheid

Rivierwater krijgt de ruimte in Crezeepolder

De akkers en weilanden in de Crezeepolder hebben plaatsgemaakt voor natuur. In de polder, waar vijf jaar geleden nog boeren werkten, is nu een getijdegebied dat twee keer per etmaal vol rivierwater loopt. Waar (trek)vogels foerageren en rusten.

Theo Haerkens
21 September 2018 20:57Gewijzigd op 16 November 2020 14:10
De akkers en weilanden in de Crezeepolder hebben plaats gemaakt voor natuur. beelden Theo Haerkens
De akkers en weilanden in de Crezeepolder hebben plaats gemaakt voor natuur. beelden Theo Haerkens

Natuurbeschermingsorganisatie het Zuid-Hollands Landschap kocht de Crezeepolder, bij Ridderkerk, van de provincie ter versterking van de natuur in de regio én als recreatieterrein. Het gebied aan de rivier de Noord bestond vijf jaar geleden nog uit akker- en weiland. Nu is het een belangrijk foerageergebied voor steltlopers, ganzen en eenden, waarbij ook zwarte sterns en purperreigers die bij Kinderdijk broeden de polder als hun jachtterrein beschouwen. De onderlopende uiterwaard is inmiddels een gewilde omgeving van wandelaars, er wordt gevist en bij het strandje aan de noordkant van de laatste zomerzon genoten.

Nieuwe aanwinst

Boswachter Niek Koppelaar, regiohoofd eilanden van het Zuid-Holland Landschap, is ingenomen met de nieuwe aanwinst voor zijn organisatie. De handtekening voor de aankoop –„dankzij de hulp van vele donateurs”– wordt een dezer dagen gezet. Het beheer gaat formeel op 1 januari over.

Gebieden waar het zoetwatergetij zo merkbaar is als hier, kent Nederland maar weinig. Veel zoetwatergetij ging verloren bij de aanleg van de Deltawerken. „Door het getijdenverschil van zo’n 90 centimeter is de Crezeepolder nog waardevoller dan de Biesbosch”, vindt Koppelaar. Hij wijst op de sterke stroming op de plaats waar de zomerdijk is doorgestoken en het water vanuit de rivier de uiterwaard van zo’n 70 hectare in- en uitstroomt.

Deze dynamiek van het water is belangrijk voor de biodiversiteit. De rivier de Noord, die de Oude en de Nieuwe Maas met elkaar verbindt, is ter hoogte van Alblasserdam zo ingetoomd dat hij meer weg heeft van een kanaal dan van een rivier. Koppelaar: „Overal is beschoeiing aangebracht en liggen er basaltblokken. Het water kon geen kant op en er groeide daar niets.” Met het doorsteken van de dijk, eind 2016, is dat veranderd. Het mineraalrijke water dat de polder in- en uitstroomt, biedt planten die floreren in dit soort milieus volop kansen. En met de algen en de planten komen er insecten, wormen, waterdiertjes en vanzelfsprekend vogels. „Zag je die watersnip wegschieten?”

Maatschappelijke waarde

Het Zuid-Hollands Landschap ziet de polder als versterking van de natuur, een stapsteen, net als de Sophiapolder iets zuidelijker, die de natuurbeschermingsorganisatie ook beheert. Maar ook de mens moet er beter van worden. Daarom gaat het ook om bescherming tegen extreem hoogwater in de rivier, de winning van drinkwater én recreatie. „Mensen leren hier van de natuur te genieten.” Dat lukt aardig: twee oudere vrouwen wandelen op de dijk, enkele mensen laten hun hond uit, kinderen beklimmen een omgevallen wilg, twee jongens zijn met werphengels in de weer en een man koestert zich in het zonnetje. „De inwoners van Ridderkerk hebben zich het gebied al toegeëigend”, glimlacht de boswachter tevreden. „Zo ontstaat er draagkracht voor dit soort plannen.”

Er is nauwe samenwerking met Rijkswaterstaat, in verband met de veiligheid voor de scheepvaart, met het waterschap Hollandse Delta, de beheerder van de dijken en het water in de polder aan de andere kant van de winterdijk, en met waterleidingbedrijf Oasen, dat via vijf putten drinkwater uit de bodem van de uiterwaard haalt.

Het water uit de Noord stroomt aan de noordzijde de uiterwaard in en loopt bij eb door dezelfde opening terug naar de rivier. Bij ruw weer kan dat leiden tot het ontstaan van zandbanken op plaatsen waar het water het sterkst stroomt. „Ook dat is interessant voor het natuurleven”, meent de boswachter. Een pad leidt naar een van de twee schermen om vogels te observeren zonder ze te verstoren. „Bij hoogwater en in de winter is het hier nat en modderig. Dat komt de rust ten goede en planten en dieren worden zo min mogelijk verstoord.”

Open gebied

Nog voor de dijk werd doorgestoken, richtte de provincie Zuid-Holland de uiterwaard in om de natuur optimaal kansen te geven. Zo werden geulen gegraven die eindigen in een wat diepere vijver, waar ook tijdens de droogte van afgelopen zomer water in bleef staan waarin vissen zich konden terugtrekken. Het hoogteverschil in de polder zelf is ruim 3 meter. Het terrein werd enigszins aangepast, zodat water als vanzelf naar de geulen stroomt. De kalkrijke en vruchtbare zeeklei werd deels afgegraven en gebruikt voor de verbetering van de dijken eromheen.

De structuur van de oude polder en het vroegere grondgebruik zijn nog zichtbaar: sloten zijn herkenbaar aan de rietranden die bij vloed boven het water uitsteken. Een rijtje van een tiental Italiaanse populieren –bomen die niet thuishoren in zo’n natte en open omgeving– markeert de plek waar voorheen de kas stond die zij afschermden tegen de harde wind. „De mensen die de polder hebben ingericht, hebben vast overwogen ze om te hakken”, meent Koppelaar. „Maar de bevers –er zijn twee burchten in de Ridderkerkse griend– hebben hun tanden er al in gezet.”

Koppelaar vindt het niet erg dat er hier en daar een verhoging is. „Rietzangers, blauwborsten en kleine karekieten hebben graag een hoge zitplaats om te zingen en een vrouwtje te lokken, waarmee ze dan in het riet hun nestje maken.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer