Het ultimatum van al–Qaeda loopt op 15 juli af. De islamitische organisatie had de Europese landen een wapenstilstand in het vooruitzicht gesteld als zij zich binnen drie maanden zouden terugtrekken uit Afghanistan, Irak en andere islamitische landen. De AIVD benadrukte dat het aflopend ultimatum slechts een onderdeel vormt van een complex van factoren die in de dreigingsanalyse hebben meegespeeld.

Intussen trokken politiebonden ACP en NPB woensdag aan de bel over het terreuralarm. Politiemensen zouden hierop niet goed zijn voorbereid, terwijl minister Remkes (Binnenlandse Zaken) aangeeft dat hij alle politiekorpsen op de hoogte heeft gesteld van de instructies bij terreuralarm.

De ACP eist in een brief aan Remkes meer duidelijkheid. Volgens de bond is er grote onrust onder politiemensen door „gebrek aan informatie en het ontbreken van specifieke veiligheidsmiddelen". Dat de paraatheid van diverse opsporingsdiensten is verhoogd, hebben veel politiemensen volgens de ACP uit de krant moeten vernemen.

De NPB deelt de zorg van de ACP. Volgens voorman J. van de Pol heeft Nederland ten aanzien van de terroristische dreiging een goede informatiepositie en weten de specialistische onderdelen van de politie precies wat er aan de hand is. Maar de ’gewone’ politieman wordt naar zijn smaak met een „onmogelijke opdracht" het bos in gestuurd. „Die politieman is niet voorbereid."

Ook de VVD vroeg woensdag minister Remkes om opheldering over de instructies voor de politie bij dreiging van terreur. Tweede–Kamerlid Wilders sprak zijn verbazing uit dat die instructies er kennelijk niet zijn.

Sinds vrijdag gelden op verschillende plaatsen in Nederland extra veiligheidsmaatregelen wegens een verhoogde dreiging van terroristische aanslagen. De overheid besloot daartoe op basis van aanwijzingen van de Algemene Inlichtingen– en Veiligheidsdienst (AIVD) dat enkele radicale moslims mogelijk terroristische aanslagen voorbereiden.

Volgens het departement zijn naast de betrokken organisaties en de politiekorpsen ook de comissarissen van de koningin, burgemeesters en het Openbaar Ministerie ingelicht. „Onzekerheid over de instructies is natuurlijk het laatste waarop wij zitten te wachten", aldus de zegsman.

De ACP verbaast zich ook over het uitblijven van informatie over veiligheidsmaatregelen in verband met het EU–voorzitterschap van Nederland. „De politiemensen die bij die veiligheidsmaatregelen een actieve rol krijgen, zouden het ook erg op prijs stellen als zij daarover informatie van Binnenlandse Zaken ontvangen", schrijft de ACP.

De NPB zegt de minister in november al te hebben gewaarschuwd. Van de Pol: „Wij stelden voor ons gezamenlijk voor te bereiden op het EU–voorzitterschap van Nederland. Wij hebben nadrukkelijk gepleit voor het sparen van capaciteit. Dat werd toen helemaal niet nodig gevonden, men ging uit van het laagste dreigingsniveau. Wij hebben toen gezegd: dat is je kop in het zand steken en zeer naïef." De NPB wil het probleem op 21 juli, tijdens het reguliere overleg met minister Remkes, aan de orde stellen.