Rechtbank Zutphen: Thorarol blijft bij Joodse gemeente
De Nederlands Israëlitische gemeente De Stedendriehoek in Zutphen hoeft een oude Thorarol niet af te staan aan een vrouw. Die stelt dat ze als erfgename recht heeft op het document.
Dat blijkt uit een deze week gepubliceerd vonnis van de rechtbank in Zutphen. Een Thorarol is een op perkament geschreven stuk met de vijf boeken van Mozes. De Thorarol wordt alleen in de synagoge gebruikt, op de sabbat en Joodse feestdagen, en alleen in aanwezigheid van ten minste tien mannen.
Het geschil draait om een Thorarol die de schrijver op 13 februari 1858 middels een in het Nederlands en Hebreeuws opgestelde overeenkomst in bruikleen gaf aan de toenmalige Ringsynagoge Zutphen, waar De Stedendriehoek min of meer uit voortkomt.
Een vrouw stelt dat ze als erfgename recht heeft op de Thorarol. De schrijver van het oude document zou de grootvader zijn van haar moeder. De vrouw die De Stedendriehoek voor de rechter daagde, nam een rabbijn in de arm om aan te tonen dat de bewuste Thorarol daadwerkelijk door haar voorvader is geschreven.
De rabbijn –directeur van Machon Ot, een internationaal instituut dat Thorarollen identificeert en restaureert– concludeert dat de rol hoogstwaarschijnlijk inderdaad door een ver familielid van de vrouw is geschreven. De rabbijn vergeleek daartoe onder meer de kleur inkt van de rol met een Estherrol die de vrouw in haar bezit heeft.
De vrouw die de Thorarol terug wil van De Stedendriehoek, zegt het document in bruikleen te willen geven aan een synagoge die op reguliere basis diensten draait. Ze zegt met zoveel woorden dat De Stedendriehoek niet serieus werk maakt van de Joodse eredienst.
De Stedendriehoek betwijfelt of de vrouw daadwerkelijk als erfgename aanspraak kan maken op de Thorarol. Ook betwist de Zutphense geloofsgemeenschap dat ze „enkel nog als museum” dienstdoet, zo valt op te maken uit het vonnis. „De Stedendriehoek organiseert nog op regelmatige basis erediensten, waarvoor zij één of meer Thorarollen nodig heeft.”
De Stedendriehoek wijst erop dat de hoogbejaarde moeder van de vrouw „op 21 december 2016 in goede gezondheid, zowel schriftelijk als mondeling, de Thorarol geschonken heeft aan De Stedendriehoek.”
De rechtbank in Zutphen stelde de vrouw recent in het ongelijk. De rechter geeft aan dat „niet vaststaat dat de vrouw de enige rechthebbende van de Thorarol is. Niet het Joods, maar het Nederlands erfrecht is van toepassing, zodat de vrouw niet de enige erfgenaam en dus evenmin de enige rechthebbende is.”
Mr. H. Loonstein, advocaat van de gemeente, sprak dinsdag van een „historisch” vonnis. Mr. A. T. Eisenmann, die de vrouw bijstaat, was woensdag niet bereikbaar voor commentaar in verband met de viering van Jom Kipoer, Grote Verzoendag.