De Israëlische afscheiding, een stelsel van hekken, betonnen wallen, greppels en scheermesdraad, moet 685 kilometer lang worden. Eenvierde deel daarvan is al af. De door het hooggerechtshof geëiste veranderingen hebben voornamelijk betrekking op het gedeelte dat nog in het planstadium verkeert.

„We kijken hoe we de afscheiding dichter bij de Groene Lijn kunnen brengen”, zei Gideon Meir, een functionaris van het ministerie van Buitenlandse Zaken. De Groene Lijn is de grens van voor de oorlog van 1967. De Palestijnen vinden dat Israël de afscheiding helemaal op zijn eigen grondgebied moet bouwen. Alles wat daar niet aan voldoet is voor hen onacceptabel, zei de Palestijnse kabinetssecretaris Hassan Abu Libdeh.

De zeer kritische uitspraken van het Internationaal Gerechtshof in Den Haag spelen volgens de Israëlische functionarissen geen rol bij het besluit de loop van de afscheiding te wijzigen. „Wat telt is het oordeel van het hooggerechtshof van de staat Israël”, zei Meir.

Het Israëlische hof vindt dat de afscheiding mag worden gebouwd, maar dat de geplande loop te belastend is voor de Palestijnen. Het Internationaal Gerechtshof vindt de hele afscheiding onrechtmatig en zegt dat het al gebouwde gedeelte moet worden afgebroken.

Nu de route wordt verlegd, zullen meer Joodse nederzettingen in Palestijns gebied buiten de afscheiding komen te liggen. De grootste veranderingen worden verwacht bij het zuidelijke deel van de Westoever en tussen de nederzetting Elkana (bij de Palestijnse stad Qalqiliya) en Jeruzalem.