„Het helpt niet als een minister-president dan roept: we moeten soms hard zijn”, zegt Tweede Kamerlid Madeleine van Toorenburg over omstreden uitlatingen van de premier op de vrijdag dat de spanningen rond de twee Armeens-Nederlandse kinderen een kookpunt bereikten.

Rutte verdedigde toen de uitzetting van het in Nederland opgegroeide tweetal, die toen nog ophanden was. Later die dag liepen Lili en Howick weg van hun opvangadres, riep de politie op naar hen uit te kijken en stak een storm van verontwaardiging op. Een dag later bedacht Harbers zich en besloot hij dat de kinderen toch mogen blijven.

„Op sommige momenten moeten we ons verbijten”, vindt Van Toorenburg. „We mogen de discretionaire bevoegdheid van deze staatssecretaris niet bezoedelen met partijpolitiek”, zegt ze over de bevoegdheid die Harbers aangreep om een uitzondering te maken voor Howick en Lili. „Hoe verleidelijk dat elke keer ook is.”

Ook in een publicitaire „storm” past bemoeienis met de beslissing van de staatssecretaris niet, stelt het CDA-Kamerlid. Ze vreest dat die door de druk van politiek en pers minder ruimte krijgt om de juiste keuze te maken en „daarvoor is de discretionaire bevoegdheid te waardevol”.