Buitenland

Helft Taliban en al-Qaidastrijders in grotten gedood

De Amerikanen en hun bondgenoten hebben de afgelopen dagen 50 procent van de strijders van al-Qaida en de Taliban in de grotten van oost-Afghanistan gedood. Dat heeft luitenant-kolonel Walter Piatt van de Amerikaanse strijdkrachten woensdag gezegd.

RTR/AFP
6 March 2002 19:03Gewijzigd op 13 November 2020 23:27

De Amerikanen begonnen vorige week een offensief tegen de strijders van de Taliban en al-Qaida in het oosten van Afghanistan.

„Wij hebben er vijfhonderd of meer gedood. Aanvankelijk dachten wij dat het om slechts een paar honderd man ging, maar nu denken wij dat het ongeveer de helft van de totale vijandelijke strijdmacht betreft.” Volgens Piatt is het onduidelijk of de Taliban en de al-Qaida nieuwe posities hebben ingenomen sinds het offensief op gang kwam.

Woensdag leken de Amerikanen hun bombardementen op de bergen van Arma te hebben gestaakt, zo meldde een correspondent van het Frans persbureau AFP. Vanuit Gardez is geen enkel vliegtuig meer te zien in de lucht boven Arma. Wel waren stofwolkjes te zien. Vermoedelijk hebben Amerikaanse helikopters of grondtroepen de schoten afgevuurd.

De belangrijkste Afghaanse krijgsheren zijn woensdag in Kabul voor twee dagen bijeengekomen voor overleg met leden van de interim-regering en functionarissen van de Verenigde Naties. Zij zullen praten over de veiligheid in het land en de vorming van een nationaal leger.

„U komt vandaag uit alle delen van het land in de hoofdstad bijeen om de kern van het nieuwe leger in Afghanistan te formeren en de wereld te tonen dat wij na de strijd tegen en de overwinning op het terrorisme ook onze onafhankelijkheid en onze territoriale onschendbaarheid kunnen veiligstellen”, zei minister Mohammad Qassim Fahim van Defensie bij de opening van de bijeenkomst.

De vorming van een nationaal leger is een van de belangrijkste doelstellingen van de interim-regering die in december aan de macht kwam. De afgelopen weken is er echter verzet gekomen uit de rangen van krijgsheren en militieleiders. Sommigen weigerden te ontwapenen terwijl weer anderen onderling slaags raakten.

Onder groeiende (inter)nationale druk om samen te werken met interim-premier Karzai, hebben de krijgsheren woensdag hun steun beloofd aan de creatie van een nationale strijdmacht. Minister Fahim benadrukte dat het leger compleet onafhankelijk wordt en niet gebonden aan een bepaalde partij of etnische groepering. Wel maakte hij duidelijk door te gaan met het ontwapenen van lokale militieleiders en krijgsheren.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer