„Weer Russische luchtaanvallen op Idlib”
Russische gevechtstoestellen hebben weer luchtaanvallen uitgevoerd op doelen in de Syrische provincie Idlib. Dat zeggen een rebellenleider en het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten, een in Groot-Brittannië gevestigde organisatie die zich baseert op lokale bronnen.
Idlib geldt als de laatste grote enclave die nog in handen is van opstandelingen die strijden tegen het Assad-regime. Dat krijgt steun van Rusland en Iran. In Idlib bevinden zich naar schatting enkele tienduizenden strijders en miljoenen burgers. De machtigste rebellengroep in de provincie is het jihadistische Tahrir al-Sham.
Internationaal wordt gevreesd voor een humanitaire catastrofe bij een groot offensief in het rebellengebied. Daar waarschuwde recentelijk zowel de Amerikaanse president Donald Trump als paus Franciscus voor. VN-gezant Staffan de Mistura heeft opgeroepen humanitaire corridors in te stellen zodat burgers kunnen vluchten.
Het Observatorium zegt dat de Russen op 15 augustus stopten met luchtaanvallen in en rond Idlib. Andere pro-regeringstroepen zouden daarna nog wel beschietingen hebben uitgevoerd.