Bij het vallen van de avond wordt het drukker aan de grens
De dood van drie jonge Afrikanen in het grensgebied tussen Italië en Frankrijk ligt nog vers in het geheugen van inwoners van het Franse Briançon. Ze weten het; er gaat veel mis bij het politieoptreden tegen migranten die de grens tussen beide landen willen oversteken.
Het Franse justitie-apparaat startte begin mei een onderzoek, naar aanleiding van het handelen van de grenspolitie (PAF) bij de dood van een Nigeriaanse vrouw. En al eerder kwam de Franse politie in opspraak. Vorig jaar verscheen er een kritisch rapport en in juni concludeerde ook de Franse mensenrechtencommissie CNCDH dat er veel misgaat bij de behandeling van migranten. Is er sindsdien iets veranderd aan de Frans-Italiaanse grens?
„Feu aux frontières.” Steek de grens in de fik. De opvallende kreet langs de weg naar de Col de Montgenèvre tussen Italië en Frankrijk herinnert eraan dat men hier het lot van de drie Afrikaanse migranten nog niet vergeten is. Velen houden de grenspolitie direct verantwoordelijk voor hun dood. De klopjacht op migranten, die bij de bergpas de Italiaans-Franse grens oversteken, gaat in de zomer onverminderd door. De grenspolitie houdt dagelijks vele jonge Afrikanen aan, die –zonder te zijn gewezen op hun rechten– meteen worden overgeleverd aan hun Italiaanse collega’s.
Vorige week pakte de politie opnieuw een aantal jonge migranten op die op het punt stonden om in Frankrijk asiel aan te vragen. De jongens werden meegenomen, moesten hun zakken legen. Geld werd in beslag genomen en niet teruggegeven. De frustratie bij lokale vrijwilligers die betrokken zijn bij de opvang van de Afrikanen groeit. Ze hebben het hoofd van de regionale politie om uitleg gevraagd. Migranten hebben het recht om in Frankrijk asiel aan te vragen. Vorig jaar werd de prefect van de regio Alpes-Maritimes tot twee keer toe veroordeeld voor het schenden van dat recht.
Keerzijde
Briançon; het stadje zal bij veel Nederlanders een glimlach op het gezicht toveren. De verschillende wandelroutes en de steile cols maken de streek tot een heerlijk wandel- en fietsgebied. Maar de realiteit van een zonnige vakantie in de zuidelijke Alpen kent ook een keerzijde.
Als de zon achter de bergtoppen van het Italiaanse Claviere is verdwenen, maken groepjes Afrikanen zich op om via smalle, hoog gelegen paadjes de grens te passeren. Ver van de verharde weg in het dal, om zo de patrouilles van de grenspolitie te omzeilen.
De meesten vertrekken vanaf een gekraakt kerkje, in het midden van het skidorp. Ze hebben de plek omgedoopt tot ”Chez Jésus”, inmiddels een begrip in het grensgebied. Voor de kerk stopt de bus vanuit Turijn. Achter de kerk is een klein tentenkamp waar tientallen migranten de nacht kunnen doorbrengen. Voor hen die dat willen, is er informatie over hoe en waar ze het beste de grens kunnen oversteken.
Uitgeput
De 25-jarige Jolly is zojuist in Briançon aangekomen. De Nigeriaan heeft de laatste kilometers achter in een oude Peugeot onder een rugzak gelegen. Het is nog geen 12 uur ’s middags, de temperatuur loopt tegen de 30 graden en de zweetdruppels staan op zijn voorhoofd. Acht uur heeft hij erover gedaan. Hij is uitgeput. Slapen, dat is het enige waar hij nu aan kan denken.
De Refuge Solidaire, een klein opvangcentrum dat volledig door vrijwilligers draaiend wordt gehouden, ligt net achter het station van Briançon en heeft plaats voor zo’n 140 mensen. Het gebouw deed oorspronkelijk dienst als een politiebureau voor zo’n 25 agenten. Er is een toilet en er zijn twee wasmachines. Een deel van de was wordt verzorgd door het plaatselijke ziekenhuis. Vluchtelingen kunnen op een brede steun van de lokale bevolking rekenen. De voorraadkasten zitten vol. Vrijwilligers verrichten hier in hun vakantiedagen hand- en spandiensten zoals het snijden van groenten.
„Er is een aantal slaapzalen, maar de laatste weken moesten we ook matrassen neerleggen in de keuken”, legt Nathalie Quimerch uit. Op een lijst in de eetzaal is te zien dat er aan begin van de maand 35 maaltijden per dag werden uitgedeeld. Dat aantal is inmiddels verviervoudigd. Veertigduizend maaltijden heeft het Refuge Solidair inmiddels geserveerd sinds de start van het project, precies een jaar geleden.
Het verblijf van de migranten in de opvang wordt feitelijk gedoogd. Zodra ze een voet in het station zetten kunnen ze door de politie worden aangehouden en naar de andere kant van de grens worden gebracht.
Quimerch: „Ze kunnen hier zo’n drie dagen blijven. Daarna moeten ze weg. Sommigen vragen asiel aan in Grenoble, maar kiezen er dan vervolgens voor om de uitslag van de procedure in Briançon af te wachten. Als ze gewond zijn kunnen ze natuurlijk langer blijven.”
Dodelijk slachtoffer
Odilan, een 30-jarige jongeman uit Ivoorkust, vertelt hoe het hem de nacht ervoor lukte de grens te passeren. „Je moet een pad volgen dat tussen de verharde weg en de voet van de berg ligt. Niet te hoog, want dat is gevaarlijk. We waren met zijn negenen. Senegalezen, Malinezen en wat jongens uit Ivoorkust. Op een gegeven moment zijn we bijna gesnapt door de politie. Het enige wat we konden doen is omhooggaan. Ze zagen ons niet, maar vanwege hun zaklampen zagen we hen wel. We hebben ons moeten verstoppen. Ook hebben we hele stukken hardgelopen. Een deel van onze groep kon niet meer. Uiteindelijk zijn we ook nog verdwaald. Het is heel gevaarlijk, zo hoog. Als ik van boven naar beneden keek, wist ik niet wat ik zag.”
Het zoeken naar de hoger gelegen paden leidde begin mei tot een dodelijk slachtoffer. Mamadou-Alpha en Ibrahim liepen al drie dagen door de bergen toen Mamadou-Alpha vlak voor Briançon, bij het gehucht Les Alberts, van een rots viel. De jongeman was op slag dood. Aan Italiaanse kant vond een jager een week later het lichaam van een onbekende Afrikaanse jongeman die vermoedelijk al in de winter was overleden. De autoriteiten gaan ervan uit dat ook hij was verdwaald.
Warmtecamera’s
De grens tussen Claviere en de Col de Montgenèvre oogt niet bepaald modern. Het houten kantoortje midden op de weg heeft zelfs iets ouderwets. Maar schijn bedriegt. Op enkele honderden meters van de weg, aan de andere kant van het dal, is een wachttoren en er zijn op verschillende plekken warmtecamera’s geïnstalleerd. Wil je daar ongezien voorbijkomen dan moet je dus een pad nemen dat buiten het bereik van de camera’s ligt. Of rennen. In dat geval kun je er zeker van zijn dat je later achterna gezeten wordt door een mobiele eenheid van de grenspolitie.
„Ik ben twee keer door dezelfde agent aangehouden”, vertelt Odilan. „Hij zei zoiets als: Ik doe gewoon mijn werk.” Maar de vraag is hoe ver je daarbij mag gaan. Met enige regelmaat komen er gewonden aan in de opvang, in sommige gevallen raakten migranten bij hun vlucht zelfs zwaargewond. Eind vorig jaar liet een arts van het ziekenhuis in Briançon aan het dagblad Le Monde weten dat de politie zich terughoudender moest opstellen. Het handelen van de politie was veel te gewelddadig.
Nathalie Quimerch wijst me op het voortdurende geronk van helikopters boven de stad. Nooit een goed teken. Het betekent dat er mogelijk iemand in de problemen is geraakt. Een wandelaar. Of een migrant.
Begin mei werd een groep van drie migranten bij het plaatsje La Vachette verrast door een patrouille van een vijftal politieagenten. De twee mannen vluchtten, een van hen verstopte zich. Om aan de politie te ontsnappen probeerde een 21-jarige vrouw, Blessing Mathew uit Nigeria, vermoedelijk de rivier over te steken. Maar de Durance die door het dorpje stroomt stond hoog en de temperatuur van het water was maar een paar graden. Is ze uitgegleden, meegesleurd door de stroming? De politie doorzocht de tuinen langs de oever van de rivier, maar de jonge vrouw bleef spoorloos.
Het door de rotsen verminkte lichaam van de vrouw werd pas de volgende dag gevonden, enkele kilometers stroomafwaarts, bij de stuw van Prelles. Daar werd ze een paar dagen later ook begraven. In een verre uithoek van de rooms-katholieke begraafplaats.
Stroomstoten
Buiten bij de opvang zit Mohamed Saba uit Guinee. Uit een klein boxje klinkt de reggae van een Guinese rapper. Mohamed is twee dagen geleden aangekomen, samen met twee landgenoten. De sfeer is gemoedelijk. Saba vertelt over zijn werk als schilder. Laat foto’s zien van zijn vrouw en kind. Een van de jongens frunnikt aan de geblondeerde dreadlocks van zijn maat. Ze zijn opvallend optimistisch, na alles wat ze hebben meegemaakt is dit echt niks. Alle drie hebben in de Libische stad Sabha in een gevangenis gezeten. Mohamed Saba vertelt hoe ze daar een ijzerdraadje om zijn grote teen bonden. Daarna moest hij zijn moeder bellen om haar te smeken om geld op te sturen. Mohamed: „Ze deden er alles aan om me te laten schreeuwen. Tijdens het gesprek kreeg ik verschillende stroomstoten. Ik ben blij dat ik nu hier ben. Morgen vertrek ik naar La Rochelle. Ik laat me echt niet terugsturen.”
De Franse politie beweert dat er steeds meer migranten worden teruggestuurd. Maar wat is de waarde van die cijfers als een persoon drie keer naar Claviere in Italië wordt gebracht? Ze komen immers gewoon weer terug. Ondanks de camera’s en de aanwezigheid van veel politie op en rond de Col de Montgenèvre zit de vluchtelingenopvang van Briançon vol.
Grenscontroles
De groei van de stroom migranten bij Briançon houdt geen verband met de stroom migranten die in Italië aankomt. Die neemt juist sterk af. Tussen januari en juni van dit jaar zijn er ruim 13.000 migranten aangekomen. Een daling van 84 procent.
Veel migranten in Briançon hebben een tijdje in Italië gewerkt, maar kiezen er toch voor om in Frankrijk asiel aan te vragen. Het openlijk racistische klimaat wordt door allen als een van de belangrijkste reden voor vertrek gegeven.
Tussen januari en juli zijn er in Frankrijk iets meer dan 60.000 asielaanvragen ingediend. Een stijging van zo’n 16 procent, vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Die wordt voor een deel veroorzaakt doordat de verschillende departementen de dossiers versneld verwerken.
Een nieuwe asielwet, die vanaf begin augustus van kracht is, moet de asielprocedure bekorten. Migranten die geen verblijfsstatus krijgen kunnen dan sneller Frankrijk uit worden gezet.
Racistisch klimaat
Om de stroom migranten in te dammen voerde Frankrijk in 2015 bij Menton de grenscontroles weer in. Migranten werden daardoor gedwongen om andere routes te vinden.
In 2016 was de doorgang via de Vallée de la Roya, zo’n 30 kilometer boven Ventimiglia, een populaire route. Cédric Herrou, een kleine boer in Breil-sur-Roya, werd verschillende malen opgepakt voor het verlenen van hulp aan migranten die in zijn ogen in de steek werden gelaten door de Franse overheid. In de nieuwe asielwet is het verlenen van hulp met een humanitair karakter niet meer strafbaar.
Sinds 2017 proberen migranten via de Col de Montgenèvre en de Col de l’Échelle Frankrijk binnen te komen. Op de Col de l’Échelle, tussen Bardonècchia en Briançon, kwamen afgelopen winter twee migranten om het leven.