Column: Kwetsbaar goud
Eigenlijk moet ik radicaal mijn telefoon blokkeren als ik op vakantie ben. Zaten we nota bene in een vakantiehuis zonder wifi, kon ik het als ‘nieuwsgier’ niet laten om me af en toe via 4G te verbinden met de buitenwereld. Enerzijds is het fijn om te vernemen hoe het met familieleden gaat. Anderzijds kun je dan ook geconfronteerd worden met onprettig nieuws.
Dat laatste overkwam mij: een bericht dat medewerkers van een bekende noodhulporganisatie op missie in Afrikaanse landen erg jonge prostituees hadden gebruikt. In één geval zou een ervaren hulpverlener zelfs medicijnen hebben verstrekt in ruil voor seks. Triest misbruik van mensen in een afhankelijkheidsrelatie. Het zoveelste bericht vanuit de hulpsector, hoewel organisaties in de achterliggende maanden preventieve maatregelen hebben genomen. Dit ondermijnt de geloofwaardigheid van internationale hulpverlening. Weldoeners kunnen tegelijk kwaaddoeners zijn…
Toen ik het bericht las, drong het weer in alle scherpte tot mij door hoe kwetsbaar hulp aan onze verre medemens is. In een gebroken wereld is zulke hulp een teken dat God mensen niet totaal aan zichzelf heeft overgelaten, als ze aan en om elkaar geven. Maar het bederf van het beste is wel het slechtste.
Op een heel andere manier kwam die kwetsbaarheid vorige week maandag op me af. Het was mijn eerste kantoordag en ik begon goedsmoeds het nieuws door te werken. In de loop van die dag ontplofte mijn Twittertijdlijn door berichten over popster Rihanna. De schatrijke zangeres (geschat vermogen 210 miljoen dollar) stuurde een tweet naar de Nederlandse regering. Zij vroeg, als ambassadrice van een fonds voor onderwijs, om 100 miljoen euro extra voor onderwijs in ontwikkelingslanden. Als je online meer dan 80 miljoen volgers hebt, kan de geadresseerde natuurlijk niet om je boodschap heen… En jawel, een halve dag later kreeg Rihanna persoonlijk antwoord van minister Kaag voor Ontwikkelingssamenwerking: Wees ervan verzekerd, Nederland gaat flink extra investeren in onderwijs in Afrika!
Maar toen was de wereld te klein. Reageerders en ”reaguurders” scholden mevrouw Kaag de huid vol: Mooie sier maken met de creditcard van Henk en Ingrid. Smijten met belastinggeld. En dat terwijl we in Nederland een lerarentekort hebben. Ga naar Venezuela, socialist! Dit is de netst mogelijke samenvatting van de onlinereacties.
Kwetsbaar goud. Prachtig dat minister Kaag extra wil investeren in de scholing van jongeren in ontwikkelingslanden. En natuurlijk was ze dat al van plan voordat Rihanna om meer geld vroeg. Maar het voelt niet goed als onze regering zich geroepen voelt om zo snel en welwillend te reageren op een ”celebrity” die er zelf een extreem luxueuze leefstijl op nahoudt. Het roept de vraag op: Wat is je diepste motief om je in te zetten voor minderbedeelden? We weten niet hoeveel Rihanna van haar eigen geld aan goede doelen geeft, maar de zorg voor de arme naaste kan zomaar verworden tot een opzichtige, zelfgenoegzame show.
Zomaar twee actuele voorbeelden: hulpmedewerkers die hun handen niet thuis kunnen houden en een steenrijke popzangeres die vraagt om meer geld voor arme mensen. Het ene voorbeeld laat de kwetsbaarheid zien van het ”hoe”, het andere de kwetsbaarheid van het ”waarom” van de inzet voor onze medemens.
Humanitaire hulp, diaconale projecten, ontwikkelingssamenwerking… Hier op een geloofwaardige manier mee bezig zijn, vraagt van zowel overheden en organisaties als hun medewerkers de hoogste morele standaard.
Politiek en maatschappelijk is het een bijzondere tijd. Politiek omdat de overheid na jarenlange bezuinigingen weer meer investeert in ontwikkelingssamenwerking. Maatschappelijk omdat, ondanks negatieve berichtgeving, er aan goede doelen meer gegeven wordt. In 2017 zelfs 7,5 procent meer dan in 2016. Dit biedt kansen om méér te doen voor en met onze naasten in ontwikkelingslanden. Maar wel in een periode waarin ontwikkelingshulp in het publieke debat opnieuw onder het zwarte vergrootglas ligt.
„Never waste a good crisis”, zeggen de Britten. In minder fraai Nederlands: „Een crisis moet je benutten als een kans.” Dat geldt in het bijzonder voor de sector van de ontwikkelingssamenwerking. Toegepast op het ”waarom”: het is een kans om weer helder te verwoorden wat, als het goed is, onze diepste drijfveren zijn. Liefde, rechtvaardigheid, barmhartigheid. Toegepast op het ”hoe”: er is alle reden om te investeren in de integriteit van hulpverleners. Ook in situaties van feitelijke afhankelijkheid blijft de ander je medemens, je naaste die náást je staat. Alleen zo kan het kwetsbare goud zijn glans behouden.
Evert-Jan Brouwer is politiek adviseur voor Woord en Daad. Reageren? rubriekforum@refdag.nl