De Utrechtse student Nederlands Henk Vogel is een van de vier eerste leden van de club ambassadeurs die het Festival Oude Muziek –dat vrijdag begon en tot en met 2 september duurt– wil promoten. „Met het jaarlijkse lidmaatschap krijg je een passe-partout, een soort strippenkaart, waarmee je tijdens het festival vijf concerten kunt bezoeken.”

Die concerten zijn door de ”ambassadors” uitgezocht, in totaal zijn het er twintig. „Je kunt met de kaart samen met vier vrienden één concert bezoeken, maar je kunt ook in je eentje naar vijf concerten.”

Vogel kwam met de festivalorganisatie in aanraking door een oproep op Facebook. „We hebben toen met een aantal jongeren een hele avond gebrainstormd over hoe we het festival bekender konden maken onder jongeren. Daar kwam die ‘strippenkaart’ uit, maar ook een meet-and-greet, de mogelijkheid om musici en elkaar te ontmoeten.”

Ontmoeting

Jongeren gaan graag naar festivals, weet Vogel, al zijn dat vooral popfestivals. „Ze gaan niet alleen voor de muziek, maar ook voor de ontmoeting. Ze willen deel van een gemeenschap zijn. Dat moeten we met oude muziek ook proberen. Je zou dus meer kunnen doen met samen over muziek praten, eten en drinken en zo.”

De 26-jarige student is vijf keer op het jaarlijkse festival in Utrecht geweest. „Vanuit Groningen, waar ik eerst studeerde, gingen we weleens met een groepje. Andere keren overnachtte ik bij een vriend, zodat we samen twee dagen achter elkaar naar concerten konden gaan.”

Vogel mag dan nu Nederlands studeren, tijdens zijn middelbareschooltijd werd hij voor het conservatorium klaargestoomd. Voor welk instrument? „Niet voor een instrument, maar voor compositie. We hadden op de middelbare school een muziekleraar die me extra aandacht gaf, omdat ik graag muziek componeerde.”

Hoewel hij het conservatorium na een jaar weer verliet, bleef Vogel wel met muziek bezig. „Ik heb steeds in koren gezongen en later ook zelf studentenkoortjes gedirigeerd. Het is prachtig om meerstemmig te zingen en elkaar daarbij aan te voelen.”

Bourgondisch

”Het Bourgondische leven” is het thema van de 37e aflevering van het Festival Oude Muziek in Utrecht. Er is onder meer 13e- en 14e-eeuwse muziek te horen, gespeeld aan het Bourgondische hof. Enkele componisten staan centraal. Allereerst Josquin Desprez (ca. 1450-1521). Hij was een overgangsfiguur tussen de middeleeuwse Bourgondische polyfonie (meerstemmigheid) en de renaissancemuziek. Verder wordt er veel muziek gespeeld en gezongen van Rameau en de 350 jaar geleden geboren François Couperin.

Maar er is ook muziek van andere componisten te horen. Verder zijn er symposia en krijgt de Vlaamse dirigent Björn Schmelzer de gelegenheid om dagelijks met zijn ensemble Graindelavoix in de Janskerk te experimenteren met oude muziek.

Naast de honderden reguliere concerten zijn er 71 gratis toegankelijke ”fringe”-concerten. Daarin kunnen jonge ensembles zich presenteren. Ze worden gescout en de beste van hen hebben kans om in een van de volgende jaren op het ‘hoofdpodium’ te belanden.