Speech Fed-baas doet beurzen Europa weinig
De Europese aandelenbeurzen zijn vrijdag met kleine winsten de handel uit gegaan. Veel aandacht ging uit naar de speech van de Amerikaanse centralebankbaas Jerome Powell op het jaarlijkse symposium van de Federal Reserve in Jackson Hole. Maar zijn opmerkingen over het volharden in bestaand beleid en over een niet oververhitte markt deed beleggers in Europa nagenoeg niets.
De AEX-index op Beursplein 5 sloot 0,3 procent in de plus op 560,29 punten. De MidKap steeg 0,1 procent tot 792,57 punten. De beursgraadmeters in Frankfurt, Londen en Parijs wonnen elk 0,2 procent.
Powell ziet geen enkele reden om van het ingezette monetaire beleid van de Fed, die stapje voor stapje de rente opvoert, af te stappen. Volgens hem gaat het momenteel goed met de economie in de VS en dat zal voorlopig ook nog wel even duren. Naast de Powell-speech hield de handelsvete tussen China en de VS de markten bezig. Onderhandelingen tussen de landen deze week leidden niet tot een doorbraak.
Telecom- en kabelbedrijf Altice Europe en staalconcern ArcelorMittal waren in de AEX de sterkste stijgers met winsten van 2,4 procent. Sowieso was het een goede dag voor grondstof- en mijnbouwbedrijven op de Europese beurzen. Ook bij de middelgrote fondsen in Amsterdam was dit het geval met onder meer roestvrijstaalmaker Aperam en metaalspecialist Advanced Metallurgical Group die met plussen tot 1,4 procent in de hoogste regionen stonden.
Bouwer BAM leverde een deel van de sterke koerswinst van een dag eerder in en sloot de rij bij de middelgrote fondsen met een min van 3 procent. Bij de kleinere bedrijven ging Sif 0,2 procent hoger de handel uit na cijfers. De funderingsspecialist is in het tweede kwartaal bijna geheel tot stilstand gekomen. Op de lokale markt werd uitgever Brill een kleine 7 procent lager gezet na tegenvallende resultaten.
In Dublin dikte Kingspan Group ruim 9 procent aan. De Ierse leverancier van bouwmaterialen zag de halfjaarwinst stijgen en gaf een positieve verwachting af voor de rest van het jaar.
De euro was 1,1619 dollar waard, tegen 1,1569 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie werd 1,9 procent duurder op 69,12 dollar. De prijs van Brentolie klom ook 1,9 procent, tot 76,17 dollar per vat.