Tieners Lili en Howick moeten Nederland uit
Lili (12) en Howick (13) mogen niet in Nederland blijven. Vrijdag deed de Raad van State uitspraak in de asielprocedure van de tieners.
Volgens de Raad van State heeft staatsecretaris van Justitie en Veiligheid Mark Harbers Lili en Howick terecht geen asielvergunning verleend. De kinderen kunnen deze alleen krijgen als zij moeten vrezen voor vervolging of voor ernstige schade door de autoriteiten in Armenië. Die vrees is er niet. Volgens de Raad van State komen zij in Armenië niet in een mensonterende situatie terecht. De Armeense autoriteiten trekken zich het lot van de kinderen juist aan en hulporganisaties in Armenië zorgen na hun terugkeer voor opvang, als dat nodig is.
Volgens de Raad voor de Kinderbescherming moeten de kinderen zo snel mogelijk met hun moeder worden herenigd, in Nederland of in Armenië. Maar zij hebben ook een stabiele situatie nodig, met onder meer passende huisvesting, een school en een moeder die emotioneel voor hen beschikbaar is.
Psychische problemen
De advocaten van de kinderen denken dat deze doelen in Armenië niet kunnen worden behaald. De moeder heeft geen werk en geen passende huisvesting. Ze weigert hulp voor haar psychische problemen. Maar dit betekent niet dat de kinderen in Armenië in een mensonterende situatie terecht zullen komen, meent de afdeling bestuursrechtspraak.
De bestuursrechter oordeelde vorige maand dat de aanvraag van de tieners uit Amersfoort opnieuw moest worden bekeken. Harbers tekende daartegen hoger beroep aan. Dat diende vorige week maandag. Een gebruikelijke termijn voor de Raad van State om uitspraak te doen is zes weken. In deze zaak is dat ruim vervroegd omdat er snel duidelijkheid moest komen, onder meer omdat de twee weer naar school zouden moeten als ze in Nederland hadden mogen blijven.
Onderduiken
Lili en Howick kwamen in 2008 met hun moeder vanuit Armenië naar Nederland. Zij waren toen twee en drie jaar oud. Hun asielaanvraag werd afgewezen. De moeder van de tieners streed jarenlang voor een verblijfsvergunning, maar vorig jaar besloot de rechter dat het gevluchte gezin uitgezet mocht worden. De moeder vertrok daarop naar Armenië, de kinderen doken onder bij een bevriend gezin.
Tijdens de zitting van vorige week maandag kwamen de psychische klachten van de moeder van Lili en Howick al aan de orde. Onder meer de Raad voor de Kinderbescherming adviseerde toen om de kinderen alsnog een verblijfsvergunning te geven. Deskundigen vreesden dat Lili en Howick in Armenië niet bij hun moeder kunnen wonen en in een weeshuis worden geplaatst.
Door de uitspraak van de Raad van State moeten de kinderen Nederland zo snel mogelijk verlaten. Als ze dit zelf niet doen, mag de staatssecretaris hen uitzetten. Ook mogen de twee tieners de uitslag van een nog lopende procedure niet in Nederland afwachten, aldus de uitspraak van de Raad van State. De kinderen zelf waren er vrijdag niet bij.