Vrijgeven havenwerk weer op EU-agenda
De Europese Commissie gaat een nieuwe poging doen om het laden en lossen in havens minder strikt te reguleren. Tot dusver mag alleen scheepspersoneel meehelpen en dan nog onder voorwaarden.
Commissaris De Palacio (Transport) kondigde dit afgelopen zaterdag aan in Amsterdam. Zij was daar samen met de verkeersministers uit de 25 EU-landen bijeen voor informeel overleg. Zij streeft ernaar een aangepast voorstel te presenteren nog voordat op 1 november in Brussel de nieuwe Commissie aantreedt.
Een eerder plan voor een richtlijn voor liberalisering op dit terrein strandde vorig jaar november in het Europees Parlement. Dat gebeurde onder druk van de zijde van havenarbeiders en hun belangenorganisaties. Vakbonden vreesden dat door de beoogde regelgeving allerlei koppelbazen aan de slag zouden kunnen. Er vonden massale betogingen plaats, onder andere in het centrum van Rotterdam. Een via onderhandelingen reeds afgezwakte versie van het voornemen kreeg uiteindelijk net niet voldoende steun in het EP.
Voor de Nederlandse situatie maakt het nauwelijks iets uit of de wet wel of niet was aanvaard, verklaarde minister van Verkeer en Waterstaat Peijs destijds. Ze had al toegezegd eventueel met aanvullende bepalingen te komen indien er onder invloed van de EU-voorschriften ”sociale dumping” zou optreden. Zij hoopt in oktober met haar Europese collega’s inhoudelijk over de kwestie te praten.
Het ligt in de bedoeling dat het nieuwe voorstel ook duidelijkheid verschaft over de subsidiëring van infrastructuur zoals terminals. Rotterdam heeft last van oneerlijke concurrentie van de kant van Antwerpen en Zeebrugge doordat daar financiële overheidssteun wordt verstrekt, aldus Peijs.
De bewindspersonen willen verder het transport per kustvaarders vergemakkelijken en daarmee een bijdrage leveren aan het beperken van de almaar toenemende drukte op de wegen. Zij overwegen de procedures te versimpelen, zodat schippers in de toekomst minder douane- en vrachtformulieren hoeven in te vullen. „Ze moeten terechtkunnen bij één elektronisch loket in de zeehavens”, vindt Peijs.