Zon stoorde hulpverlening orkaan Irma
Toen Sint-Maarten zich vorig jaar schrap zette voor de naderende orkaan Irma, kwam er nog een gevaar, uit onverwachte hoek. De zon slingerde in die dagen drie enorme zonnevlammen naar de aarde. Die haalden het radioverkeer in het Caribische gebied uit de lucht. Hulpverleners gebruiken radiogolven om met elkaar te communiceren. Of dat uiteindelijk ook gevolgen heeft gehad voor de noodhulp, is niet bekend, omdat alternatieven wel bleven werken.
De Amerikaanse overheidsdienst NOAA heeft uitgerekend wat er precies is gebeurd. Op 6 september vorig jaar slingerde de zon twee keer geladen deeltjes het heelal in. Het waren de grootste zonnevlammen sinds 2005. Die kwamen een paar minuten later bij de aarde, 150 miljoen kilometer verderop. Daardoor ging het radiocontact met schepen en vliegtuigen uit de lucht. Frankrijk kon anderhalf uur lang geen contact krijgen met een vrachtvliegtuig. Op 10 september gebeurde dat weer, uitgerekend op het moment dat orkaan José passeerde. Drie uur lang was de radiocommunicatie verstoord.
„Ruimteweer en aards weer kwamen samen om een situatie die al gespannen was te verergeren. Stel dat ik naar mijn radio-operator ga om boodschappen voor me te versturen, over het verplaatsen van apparaten, om mensen te vinden of om te laten weten dat ik in orde ben, en ik kan dat plotseling niet doen, dan is dat heel stressvol”, aldus een onderzoeker van de NOAA. Een van de operators voegt eraan toe: „Een zonnevlam klinkt als spek in een koekenpan. Je hoort een hoop ruis en dan is het alsof iemand het licht uitdoet, je hoort niets meer. Je moet wachten tot de zonnevlam verzwakt zodat wij onze signalen weer kunnen versturen. Je bent hulpeloos.”
Een zonnevlam ontstaat door magnetische velden op de zon. Die velden bewegen en beïnvloeden elkaar. Daardoor kan spanning zich opbouwen. Als die energie vrijkomt, schiet de ster een wolk van deeltjes de ruimte in als ontlading.