Column (Van Klinken): Ziekteverzuim
Ze was nieuw in het therapeutisch centrum. Het werk dat ze nu deed, was veel afwisselender dan haar vorige baan in een verpleeghuis. Iedere dag was het een verrassing wat ze nu weer tegen zou komen. Wat ook bij die verrassingen hoorde –en dat vond ze duidelijk minder– was wie er die dag wel en wie er niet kwamen opdagen. Als gevolg van het vele verzuim moesten de collega’s die wel acte de présence gaven zich soms de benen vanonder het lijf rennen. Tot haar stomme verbazing liet de leiding dat vele verzuim gewoon toe. Je kon straffeloos wegblijven. Daar kwam het op neer. Dat was in haar vorige werkkring wel anders. Daar haalde je het niet in je hoofd om zomaar te verzuimen, want dan liet je je collega’s voor al het werk opdraaien.
Tijdens het eerstvolgende werkoverleg sneed ze het onderwerp voorzichtig aan. Dat was schrikken voor de leiding. Ongemakkelijk keek het clusterhoofd de andere kant op. Maar ze kon er uiteindelijk niet onderuit om de touwtjes aan te halen. Iedereen was het met de collega eens dat het geen pas gaf zomaar weg te blijven als het de avond ervoor wat laat was geworden. Uiteindelijk vroeg het hoofd haar of zij er wellicht voor voelde ‘zieke’ collega’s te bellen. Dat wilde ze wel. Maar al te graag zelfs, want ze ergerde zich groen en geel aan de situatie.
Het werden boeiende tijden. Wie met smoesjes aan kwam, kreeg meteen lik op stuk want ze was niet op haar mondje gevallen. Dat ging een paar weken zo door en algauw nam het ziekteverzuim drastisch af, dit tot grote vreugde van de rest van het personeel, dat nu niet langer alleen de kastanjes uit het vuur moest halen.
Het is een van de verhalen die ik de laatste tijd hoor over ‘wegblijvers’ en anderen die hun snor drukken. Wat te denken van de medewerker van een groot technisch onderwijsinstituut die met een auto naar het werk komt waarin zich een uiterst comfortabele stoel bevindt. Een prikklok heeft de instelling niet, en zo kan het gebeuren dat meneer rond twaalf uur de kuierlatten neemt en niet voor twee uur terugkeert. Hij rijdt dan met zijn auto met ‘ligstoel’ naar een rustig plekje, laat de stoel zakken en gaat onder zeil. Geen chef die ingrijpt. Het was maar een van de verhalen. De andere zal ik u besparen.
De vroegere premier Balkenende pleitte ooit voor de VOC-mentaliteit. Daar zou ons land van opknappen. Wie weet. In ieder geval was het verzuim toen minimaal. Alleen als je scheurbuik had, mocht je je afmelden.