Indonesiër krijgt vergoeding voor foltering
Een Indonesiër die in 1947 in voormalig Nederlands-Indië is mishandeld door Nederlandse militairen, heeft een schadevergoeding van 5000 euro toegekend gekregen. De rechtbank in Den Haag acht bewezen dat de inmiddels overleden oud-strijder Yaseman met een stok op zijn hoofd is geslagen en een sigaret op zijn hoofd is uitgedrukt. De Nederlandse staat is aansprakelijk en schadeplichtig op grond van een onrechtmatige daad, aldus het vonnis.
Voor de rechtszaak werd de hoogbejaarde Javaan vorig jaar juli verhoord via Skype en de rechtbank boog zich over foto’s van het letsel. Hij had door de slagen met een stuk hout nog altijd zichtbare deuken in zijn schedel.
Yaseman zei ook dat hij elektrische schokken kreeg toegediend met een veldtelefoon en dat hij water kreeg, waarna op zijn buik werd gesprongen waardoor hij dat weer uitbraakte. De rechtbank stelt dat het „heel wel mogelijk” is dat dit echt gebeurd is, maar ziet onvoldoende bewijs.
De afgelopen jaren hebben tientallen (hoog)bejaarde Indonesiërs claims ingediend vanwege oorlogsmisdaden tijdens de onafhankelijkheidsoorlog (1945-1949) in voormalig Nederlands-Indië. De meesten waren weduwen of kinderen van geëxecuteerde mannen en in één geval ging het om een verkrachting. Ook deze vrouw kreeg een schadevergoeding.
Yaseman was tot op heden het enige slachtoffer van foltering dat een zaak had aangespannen. Zijn advocaat Liesbeth Zegveld is heel blij met de uitspraak. De schadevergoeding gaat volgens haar naar zijn nabestaanden. Uit documentatie blijkt volgens Zegveld dat er veel gemarteld is door militairen, maar dat dit tot nu toe geen juridische gevolgen kreeg.