Verloochenen
Ook Gods kinderen moeten niet te hoog van zichzelf opgeven, maar liever de ander uitnemender achten dan zichzelf. Zo het God belieft ons niet meer te schenken en niet verder te brengen wanneer wij in alle getrouwheid het onze hebben gedaan, zo moeten wij verloochenend stil en onderworpen zijn en aan God tijd en mate overlaten.Het doel van de zelfverloochening is bovenal de eer van God. God wordt het allermeest verheerlijkt wanneer Zijn wil boven alles geldt. God weet best wat tot onze zaligheid nodig is en Hij bedoelt deze in Zijn wil. Hij heeft in Zijn ondoorgrondelijke wijsheid duizenden verborgen wegen waardoor Hij dat doel wil bereiken. Wij zien die niet. Ja, zij schijnen ons dikwijls tegengesteld en daarom moeten wij onze eigen wil maar verloochenen en Gods wil opvolgen. O, wat is men toch op zijn eigen wil gezet, wat kleeft men daaraan. Wat heeft het arglistig hart een kunstjes om Gods wil te ontspringen. Soms weet men onze wil de gedaante van Gods wil te geven. Kan dat niet, dan zoekt men het in omstandigheden van tijden, zaken of personen. Kan dat ook niet, dan schuift men het op onze onmacht.
O, geliefden, zie Gods wil eens als het allerhoogste. Is het dan wel betamelijk dat Zijn wil als een slaaf bukt voor onze zondige en goddeloze wil? Neen toch! Gods wil bedoelt het eeuwig welzijn van Zijn volk.
Gerardus van Aalst predikant te Westzaandam (Geestelijke Mengelstoffen, 1758)