„Ambtenaren Rotterdam onder druk gezet”
Hoge ambtenaren en bestuurders zetten ambtenaren in Rotterdam onder druk om regels te overtreden, informatie achter te houden of een voorkeursbehandeling te geven. Tenminste 7 procent van de Rotterdamse ambtenaren heeft in de afgelopen jaren zo’n misstand ervaren waarbij een bestuurder oneigenlijke druk uitoefende.
Dit concludeert de Rekenkamer Rotterdam in het rapport ‘Werken onder druk’. Ambtenaren durven deze situaties niet te melden bij leidinggevende of vertrouwenspersoon. Bij hen heerst een gebrek aan vertrouwen in het nut van een melding en een gevoel dat het onveilig is om te melden. De Rekenkamer baseert zich op een enquête onder 2200 ambtenaren en tientallen interviews.
Bijna 20 procent van de ambtenaren zegt oneigenlijke druk te voelen. Nadere analye van de Rekenkamer wijst uit dat in veel gevallen hier toch geen sprake van was. Bij 117 ambtenaren (7 procent) was er wel daadwerkelijk sprake van een situatie met oneigenlijke bestuurlijke druk, zegt de Rekenkamer.
De druk komt met name van van bestuurders en politici van deelgemeenten of gebiedscommissies. In ruim de helft van de gevallen werd de druk via de ambtelijke leiding uitgevoerd. Volgens de rekenkamer heerst er in Rotterdam te veel een cultuur waarin het geven van tegenspraak door de ambtelijke leiding niet is gewenst. Ook is er grote afstand tussen leiding en werkvloer.
Het college van Rotterdam heeft kennisgenomen van het rapport, maar weerspreekt de bevindingen. Volgens het college is het onderzoek te weinig representatief en is het juist logisch dat een bestuurder vanuit hun politieke achtergrond bepaalde zaken wil aanscherpen of wijzigen. Net als de rekenkamer wijst het college erop dat veel ambtenaren in hogere schalen oneigenlijk druk voelen maar dat dat in veel gevallen alleen in hun beleving zo is.
Uit het rapport blijkt dat ambtenaren wel positief zijn over hun werkomgeving, maar weinig mensen weg willen en er grote loyaliteit is jegens de gemeente Rotterdam.