Meer automakers uiten kritiek op heffingen
Hyundai en BMW hebben zich aangesloten bij de reeks automakers wereldwijd die waarschuwen voor de gevolgen van importheffingen op auto’s en auto-onderdelen door de Verenigde Staten. Het Zuid-Koreaanse en het Duitse autoconcern produceren ook auto’s in de VS en zeggen dat de banen die daarmee gemoeid zijn in gevaar komen door de handelssancties van president Donald Trump.
Hyundai noemde de heffingen „verwoestend” voor het bedrijf én voor zijn Amerikaanse activiteiten. Ook komen aanvullende investeringen erdoor onder druk te staan. BMW benadrukte dat zijn investering van 9 miljard dollar in een BMW-fabriek in de VS over de hele breedte goed is voor 120.000 banen.
Vrijdag uitte General Motors (GM), de grootste Amerikaanse autofabrikant, al kritiek op de heffingen. Die kunnen volgens GM namelijk leiden tot vergelding van andere landen en banenverlies bij GM op de Amerikaanse thuismarkt.
De kritiek van GM is opmerkelijk, omdat het door Mary Barra geleide concern zich meestal op de vlakte houdt over politiek en onderhandelingen met Washington doorgaans overlaat aan lobbyisten. Analisten zien in de uitspraken dan ook een bewijs hoe ernstig de situatie voor GM kan uitpakken.
Peter Navarro, een belangrijke handelsadviseur van Trump, noemde de woorden van GM echter misleidend. De impact van de heffingen zou door het autobedrijf overdreven worden. Trump zou zich verraden voelen door GM en motorfietsmaker Harley-Davidson, dat eerder al zei productie te verplaatsen naar het buitenland vanwege de heffingen, omdat de president ze had geholpen met belastingverlagingen.