Jordanië kampt met diepgewortelde problemen
Jordanië bleef tot nu toe redelijk buiten schot, te midden van het geweld en de onrust in het Midden-Oosten. Na het einde van de ramadan braken in het koninkrijk echter grootschalige protesten uit. Die legden de diepgewortelde problemen in de samenleving bloot. De belabberde economische omstandigheden voorop.
Acht jaar geleden had de Jordaanse vorst Abdullah een interview met Fareed Zakaria van het Amerikaanse televisiestation CNN. Tijdens dit interview bleek dat koning Abdullah zich bewust was van de noodzaak om diepgaande hervormingen door te voeren in zijn koninkrijk. Hij gaf echter aan „dat er veel weerstand was. Bepaalde sectoren van de Jordaanse samenleving zien hierin een Zionistisch complot of Amerikaanse agenda om Jordanië te destabiliseren.”
Een jaar later zou de Arabische lente uitbreken, die de wrok en ontevredenheid van vooral jongeren in het hele Midden-Oosten duidelijk maakte. Ook in Jordanië waren er protesten, die echter bescheiden van omvang waren. Veel Jordaniërs waren namelijk geschrokken van de geweldsexplosie in landen als Syrië en Libië.
De veiligheid van Jordanië stond bij iedereen voorop en de demonstraties in Jordanië doofden uit als een kaars. Veel Jordaanse politici haalden indertijd opgelucht adem, maar diepgewortelde problemen in de Jordaanse samenleving werden niet opgelost.
Op 30 mei werd het echter totaal onverwacht weer bijzonder onrustig in Jordanië. In 2016 had Jordanië een lening van 723 miljoen dollar gekregen van het Internationale Monetaire Fonds (IMF), dat hier echter harde condities aan had verbonden. Subsidies moesten worden verlaagd of afgeschaft en belastingen dienden te worden verhoogd.
Spreekwoordelijke druppel
Sinds afgelopen januari waren in Jordanië de prijzen van ondermeer brood, benzine en elektriciteit sterk gestegen. Dat kwam hard aan in een land waar officieel 21 procent van de bevolking onder de armoedegrens leeft.
Wat echter de spreekwoordelijke druppel was die de emmer deed overlopen, was een wetsvoorstel van de regering van premier Mulki om de belastingen voor zowel individuen als bedrijven te verhogen.
De harde economische realiteit luidde dat de regering hiertoe gedwongen werd om te voorkomen dat Jordanië zijn internationale kredietwaardigheid zou verliezen. Volkomen spontaan braken er daarna op 30 mei protesten uit in Amman die zich vervolgens als een olievlek over het hele land zouden verspreiden.
Ze waren apolitiek, in de zin dat er geen groeperingen zoals de Jordaanse moslimbroeders achter zaten. In eerste instantie waren de protesten tegen de nieuwe belastingswet gericht, maar later werd tevens de corruptie van Jordaanse politici aangeklaagd.
De demonstraties hadden duidelijk geen leiderschap, maar er ontwikkelde zich al snel een patroon. Het was de maand Ramadan en rond 20.00 uur werd de Iftar-maaltijd genuttigd, die de dagelijkse vasten beëindigde. Om exact 22.00 uur begonnen vervolgens overal demonstraties die vooral opvielen door hun vreedzame karakter.
Op sociale media verschenen video’s waarop te zien was hoe demonstranten en politieagenten elkaar omhelsden. Wat niet wegnam dat de protesten aanhielden en zelfs aanzwelden.
Premier vervangen
Koning Abdullah besloot daarop premier Mulki te vervangen door Omar Razzaz die in het verleden bij de Wereldbank had gewerkt en die een reputatie van onkreukbaarheid had. Het probleem dat Jordanië pijnlijke hervormingen moet doorvoeren werd hierdoor niet opgelost, maar de nieuwe premier bleek er een andere stijl op na te houden dan zijn voorganger. Net als de Amerikaanse president Trump twitterde hij namelijk met de Jordaanse bevolking. Zo vroeg hij hen in een tweet „om hem de tijd te geven.”
De taak van de nieuwe premier is complex. Jordanië wordt bovendien altijd getroffen door ontwikkelingen in de regio. Naar verwachting zal binnenkort de oorlog uitbarsten in zuidelijk Syrië vlak aan de Jordaanse grens, terwijl president Trump ieder moment zijn plan kan onthullen om het conflict tussen Palestijnen en Israël op te lossen. Jordaniërs houden daarom hun adem in.