Turkije naar stembus in en over noodtoestand
Circa 56 miljoen Turken kunnen zondag tussen 07.00 en 16.00 uur (onze tijd) een president en een parlement kiezen. De populaire leider Erdogan die al 15 jaar de lakens uitdeelt, wil een mandaat om nog tot in lengte van dagen aan de macht te blijven. Hij heeft een nieuw presidentieel stelsel geïntroduceerd dat het parlement naar de achtergrond verdrijft. Dat is feitelijk al zo door de noodtoestand die geldt sinds de bloedige couppoging in 2016.
De oppositie onder leiding van de charismatische Muharrem Ince hoopt dat de repressie, de economische neergang en de problemen met miljoenen vluchtelingen de ster van Erdogan zullen doen doven. De pers is gemuilkorfd en tienduizenden zitten vast beschuldigd van betrokkenheid bij de staatsgreep of bij terrorisme, inclusief de linkse pro-Koerdische presidentskandidaat Selahattin Demirtas. De oppositie tegen Erdogan lijkt vooralsnog, afgaande op haar afwezigheid in de traditionele media, kansloos.
Toch zijn de verkiezingen spannend, omdat langzaamaan duidelijk wordt dat Erdogans imago als hervormer en volksheld lijdt onder de problemen waarmee het land kampt en er een ’Erdogan-moeheid’lijkt te ontstaan.
De grote vraag is dan ook of Erdogan in één keer tot president gekozen wordt. Als hem dat niet lukt, komt er 8 juli een tweede ronde. Dan moet hij het hoogstwaarschijnlijk opnemen tegen Muharrem Ince van de CHP (Republikeinse Volkspartij). Een eventuele tweede ronde zou een pijnlijke nederlaag zijn voor Erdogan. Het zou nog pijnlijker worden als zijn partij voor Rechtvaardigheid en Ontwikkeling (AK) dan ook de meerderheid in het parlement kwijtraakt. De uitslagen komen in de avond en nacht.