Gemiddelde pensioenleeftijd verder gestegen
De pensioenleeftijd van werknemers is vorig jaar verder gestegen. De gemiddelde leeftijd waarop we met pensioen gingen was 64 jaar en tien maanden. Dat is vijf maanden hoger dan een jaar eerder, zo blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Begin deze eeuw lag de gemiddelde pensioenleeftijd net onder de 61 jaar. Deze leeftijd begon in 2007 te stijgen onder invloed van regelgeving en wetswijzigingen. Het aandeel werknemers dat voor hun 65e verjaardag met pensioen gaat is sindsdien drastisch gedaald van 88 procent in 2006 naar 38 procent in 2017.
Ook de AOW-leeftijd, die vanaf 1 januari 2013 stapsgewijs wordt verhoogd, speelt daarbij volgens het statistiekbureau een rol. Vorig jaar kregen personen vanaf 65 jaar en negen maanden een AOW-uitkering. De komende jaren zal de AOW-leeftijd verder stijgen tot 67 jaar en drie maanden in 2022. Vanaf 2022 is de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting.