Verdeelde G7 bijeen in afgelegen oord Canada
Mede uit vrees voor demonstraties is de topconferentie van zeven zeer invloedrijke westerse economieën (G7) vrijdag en zaterdag in een afgelegen toeristisch oord, de Manoir Richelieu, aan de oever van de Canadese Sint Laurensrivier. De dichtstbijzijnde stad is de 120 kilometer stroomopwaarts gelegen hoofdstad van de provincie Québec die ook Québec heet.
Daar is de angst voor rellen zo groot dat winkeliers alvast hun ruiten hebben dichtgetimmerd. De stad heeft nare herinneringen aan rellen tijdens internationale conferenties zoals in 2001 toen tienduizenden er tegen vrijhandel kwamen betogen. Scholen en een aantal overheidsgebouwen blijven uit voorzorg dicht. De politie heeft de bevolking gerust willen stellen door te beklemtonen geen grote ongeregeldheden te verwachten. Er komen mensen hun mening uiten en daar zijn wat kwaadwillenden bij, maar, zo zegt de politie van Québec, ze verwacht geen excessen.
Het is een economische top van Canada, Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië, Japan en de VS. Het protectionistische beleid van Donald Trump overschaduwt deze top. Mogelijk komt er door de conflicten over Trumps importheffingen helemaal geen slotverklaring.
Westerse economische topconferenties vormen vaak een trekpleister voor betogers tegen onder meer globalisering en het kapitalisme. Maar veel Canadezen zijn ook boos over het prijskaartje van de top zelf. De Canadese regering heeft voor de G7 volgens Canadese media naar schatting 400 miljoen euro uitgetrokken. Het Manoir Richelieu, in de streek die Charlevoix heet, wordt al sinds 27 mei gehuurd door de regering omdat honderden mensen vooraf de top voorbereiden.