Kamer: Verhelder rechtspositie transgender
Een Tweede Kamermeerderheid is het eens met het voorstel om het recht op gelijke behandeling van transgenders en intersekse personen explicieter op te nemen in de wet.
Dat bleek dinsdag tijdens de eerste ronde van het mondelinge debat met de initiatiefnemers Bergkamp (D66), Van den Hul (PvdA) en Özütok (GroenLinks).
Hun voorstel is om de Algemene wet gelijke behandeling (AWGB) te wijzigen. Deze wet verbiedt onder meer het maken van onderscheid op grond van geslacht. De drie willen aangevuld hebben dat daarmee ook het ongelijk behandelen op grond van „geslachtskenmerken, genderidentiteit en genderexpressie” verboden is. Dat maakt duidelijk dat de rechtsbescherming zich ook uitstrekt tot personen die zich zowel man als vrouw voelen, „iets ertussenin of die wisselen van gevoel.”
Juridisch is het voorstel overbodig, aldus de Raad van State vorig jaar, aangezien rechters het begrip geslacht ook nu al ruim uitleggen. VVD en SP, die de meerderheid voor het voorstel op 89 zetels brengen, zijn het echter met D66, PvdA en GroenLinks eens dat de wet een belangrijke signaalwerking zal hebben en dat slachtoffers er bij discriminatie eerder door naar de rechter zullen gaan.
CDA-Kamerlid Van der Molen zei dinsdag te kunnen instemmen met het expliciet noemen van transgenders en intersekse personen in de AWGB. Wel vroeg hij zich af hoe een rechter ooit moet vaststellen dat iemand ongelijk is behandeld op grond van de manier waarop hij zijn geslacht beleeft. Het CDA is het verder oneens met D66, PvdA en GroenLinks dat waar de overheid op dit moment nog onderscheid maakt tussen vrouwen en mannen, dit in feite ten onrechte gebeurt „op basis van stereotype veronderstellingen.” Het zou volgens hem een ongewenste consequentie van de initiatiefwet zijn als de overheid voor het bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker voortaan ook mannen moet uitnodigen, omdat een kleine groep personen met een baarmoeder geregistreerd is als man. Hij vroeg D66, PvdA en GroenLinks op dit voorbeeld in te gaan.
CU-Kamerlid Van der Graaf zei dat er ook binnen haar partij nog tal van vragen leven over de noodzaak en de uitvoerbaarheid van het wetsvoorstel.
SGP-Kamerlid Bisschop waarschuwde dat de ideologie achter het wetsvoorstel, het zo veel mogelijk laten vervagen van de begrippen man en vrouw, op termijn verstrekkende gevolgen heeft voor de positie van familie en gezin. „Wat ons vooral steekt, is dat het feitelijk een verzet is tegen de biologische werkelijkheid en tegen die prachtige orde die God in zijn schepping heeft gelegd”, aldus Bisschop.
Toen PvdA en D66 Bisschop gebrek aan respect verweten, schoot PVV’er Beertema hem te hulp. PvdA en D66 luisteren volgens de eveneens sceptische Beertema niet naar kritische argumenten, maar benaderen alles wat niet in hun straatje past „buitengewoon agressief.”