Prins Harry, die zaterdag in het huwelijk treedt met zijn verloofde Meghan Markle, was jarenlang een gewild vrijgezel aan het Britse hof. Harry behoort tot de meest gewaardeerde leden van de koninklijk familie.

De 33-jarige prins zet zich met zijn eigen stichting Sentebale al meer dan tien jaar in voor kansarme kinderen met hiv in Afrika. Hij volgt daarin zijn moeder prinses Diana. Harry heeft zijn omstreden imago van zich afgeschud en is niet langer prins party die naakt de voorpagina’s van de wereldpers siert na een spelletje stripsnooker in Las Vegas, of die zwaar aangeschoten een Londense nachtclub uitrolt in dubieus gezelschap. Dat was nog maar zes jaar geleden.

De roodharige Harry, geboren op 15 september 1984 als Henry Charles Albert David, verloor zijn moeder al op twaalfjarige leeftijd. Ze overleed in 1997 door een auto-ongeluk in Parijs. Hij zal haar zaterdag tijdens zijn huwelijk missen. „Ze zou zonder enige twijfel dolgelukkig zijn als ze Meghan zou kennen”, zei Harry na zijn verloving in een interview met de BBC. De verlovingsring waarmee hij Meghan ten huwelijk vroeg, bevat juwelen van zijn moeder.

Harry volgde de militaire academie Sandhurst en was als helikopterpiloot twee keer in Afghanistan. Leden van de Britse strijdkrachten zullen zaterdag een belangrijke rol spelen tijdens het huwelijk. De straten rondom Windsor Castle zullen vol staan met militairen. Muzikale omlijsting komt van de band van de Ierse garde.

In 2015 nam de prins na tien jaar afscheid van het leger. Na zijn terugkeer bleef hij zich inzetten voor zijn oude kameraden. Hij is de bedenker van de Invictus Games, waar gewond geraakte militairen zich kunnen meten met lotgenoten uit andere landen. „Sport maakt het verschil in het leven van deze veteranen”, zei de kleinzoon van koningin Elizabeth twee jaar geleden in een toespraak.

Met zijn broer prins William en schoonzus Catherine begon Harry in 2016 de campagne Heads Together, die erop gericht is om het stigma rond psychische problemen weg te nemen. Harry en William gaven vorig jaar zelf toe dat ze niet genoeg met elkaar praatten over hun gevoelens na de dood van hun moeder. Harry gaf in een openhartig interview aan dat hij na Diana’s dood in behandeling is geweest bij een psychiater. Hij vertelde dat hij depressief was en meermaals op het randje van een mentale instorting verkeerde. Harry’s eigen ervaringen vormden de drijfveer om meer aandacht te vragen voor geestelijke gezondheid.