Onderzoeksraad: Binnenvaart moet veiliger
De binnenvaart met gevaarlijke stoffen moet meer veiligheidsmaatregelen treffen om bij dichte mist ongevallen te voorkomen. Dat constateert de Onderzoeksraad voor Veiligheid na bestudering van het ongeval bij de stuw in Grave, waarbij in december een benzeentanker in de mist dwars door de stuw heen voer.
Het gaat bijvoorbeeld om het inkorten van vaartijden of het eerder aflossen van de schipper. „Het bevreemdt de Onderzoeksraad dat een schip beladen met 2000 ton benzeen ook in dichte mist tot veertien uur aaneengesloten mag varen zonder aflossing van de schipper.”
Schippers, vaarwegbeheerders en chemiebedrijven moeten bindende afspraken maken over het varen met gevaarlijke stoffen in dichte mist. Daarnaast moet Rijkswaterstaat de bevoegdheid krijgen om bij extreem weer het scheepvaartverkeer stil te leggen, stelt de raad.
Het informatie- en volgsysteem van de scheepvaart is verouderd en moet worden vervangen, beveelt de raad aan. Een nieuw systeem moet ook een alarmeringsfunctie krijgen voor incidenten met gevaarlijke stoffen.
Het ongeluk met de benzeentanker gebeurde precies op de grens van twee gemeenten en drie veiligheidsregio’s, die moeite hadden om de hulpactie onderling te coördineren. „Het bleef tot diep in de nacht onduidelijk of de lading benzeen gevaar gaf en de bemanning werd pas na drie uur geëvacueerd.” De crisisbeheersing in grensgebieden moet beter, concludeert de raad.
De tanker voer via de Maas richting Rotterdam, waarbij de schipper voornamelijk op de radar navigeerde, een vermoeiende en gespecialiseerde methode. Het schip voer dwars door de stuw, viel 3 meter en kwam 600 meter verder tot stilstand. Door het ongeval zakte het waterpeil tussen Grave en Sambeek in de daaropvolgende dagen met 3 meter, waardoor grote schade ontstond voor de scheepvaart en woonboten in de omgeving.