„Staking legt streekvervoer opnieuw plat”
Ook op de tweede achtereenvolgende stakingsdag ligt het streekvervoer nagenoeg helemaal plat. Dat zeggen de vakbonden FNV en CNV. Door twee dagen het werk neer te leggen, willen de bonden hun eisen voor een nieuwe cao bij de regionale vervoersbedrijven kracht bijzetten.
Volgens CNV Vakmensen willen de vervoerders het idee wekken van een mislukte ov-staking door dinsdag toch enkele bussen in te zetten. „Dat is tegen de wettelijke voorschriften en ook tegen de veiligheidsregels in. In onze ogen een zonder meer ongeoorloofd en onverantwoord optreden”, onderstreept cao-onderhandelaar Hanane Chikhi.
Ook FNV noemt dat onverantwoord omdat passagiers hun boosheid op werkwillige chauffeurs kunnen afreageren. „Maandag werd nog een chauffeur belaagd door boze passagiers’, zei de FNV-woordvoerder. De FNV stelt aangifte te doen tegen vervoersbedrijven die de staking willen breken door ‘besmet’ werk te laten doen.
De werkgevers in het openbaar vervoer spreken tegen dat het regionale vervoer helemaal plat ligt. ,We kunnen gelukkig in het hele land nog beperkt rijden. Wat er kan is per regio en vervoerder verschillend”, zegt Fred Kagie, voorzitter van de Vereniging Werkgevers Openbaar Vervoer (VWOV). Hij benadrukt dat de werkgevers zich daarbij aan alle regels houden.
Kagie: „In Utrecht bij U-OV (Qbuzz) staakt slechts 20 procent van de chauffeurs. Het bedrijf rijdt met verschillende bus- en tramlijnen in de stad en streek en bedient de ziekenhuizen en revalidatiecentra. Connexxion rijdt in alle gebieden waar ze vervoer aanbiedt om belangrijke bestemmingen voor reizigers, zoals treinstations en ziekenhuizen, bereikbaar te houden. Ook de bussen van- en naar Schiphol en Eindhoven Airport rijden, net als de regionale treinen.”
De FNV kondigde aan dat vanaf volgende week dinsdag estafettestakingen volgen als de werkgevers niet over de brug komen. Dat zal beginnen bij het stadsvervoer Utrecht, Arnhem/Nijmegen en het streekvervoer in Twente. De werkgevers lieten weten zich te „herbezinnen hoe we verder gaan in deze onderhandelingen”.