Moskou stuurt soldaten uit achtergebleven gebieden naar Syrië
Russische militairen die naar Syrië worden gestuurd, komen niet uit grote steden zoals Moskou. Deze manschappen komen vooral uit de randen van het land, zoals het Verre Oosten en de noordelijke Kaukasus.
Junior sergeant Amir Abbasov is gestationeerd in Chabarovsk, zo’n 8000 kilometer van Moskou. Daar traint hij nieuwelingen. Elk jaar is er een nieuwe stroom jonge mannen die hun dienstplicht niet wisten te ontwijken. Aan Abbasov de taak om een groep van vijf man klaar te stomen: „Ik oefen met de soldaten die onder mij staan, ik leer hen discipline en maak hen klaar voor de oorlog.”
De Russische overheid kan een beroep doen op Abbasov en zijn ondergeschikten om naar Syrië te vertrekken. Een verplichting is dat niet, de militairen mogen zelf kiezen. „Eerlijk gezegd, als ik niks te verliezen had, als ik geen gezin had, geen ouders, had ik het best gewild. Maar dat heb ik allemaal wel. Ik denk aan wat er kan gebeuren. Dan moet mijn familie zonder mij verder. Dat is moeilijk.”
Abbasov deed samen dienst met iemand die naar Syrië is gegaan. „Hij heeft mij veel verteld. Hij zei dat de Russen al hun troepen zouden terughalen. Dat had Poetin gezegd. Er werd gefilmd hoe alles werd ingepakt en men weggereed. Maar de volgende dag kwamen er nog meer troepen terug. Ze zeggen dus dat de oorlog over is, maar intussen vechten ze nog steeds. Je wordt dus bedrogen.”
Geruchten gaan dat Rusland vooral troepen uit de perifere regio’s naar Syrië stuurt. Het conflict in Syrië wordt niet echt toegejuicht in Rusland. De Russische media proberen de missie met veel bombarie aan de Russen door te geven als een humanitaire, antiterroristische operatie. Maar in de Russische maatschappij is er weinig belangstelling voor. En als er veel Russen op het slagveld sneuvelen, zal de apathie rond de interventie in Syrië snel veranderen in weerstand.
Volgens Phillip Casula, onderzoeker aan de universiteit van Manchester, zorgt het sturen van militairen vanuit regio’s ver van de hoofdstad voor een verkleining van de risico’s. „De meeste Russen zien de afgelegen republieken en hun bevolking als een enorme sociale, politieke en economische last.” Volgens Casula zal de Russische bevolking dan ook niet heel erg malen om het feit dat mensen uit deze verre streken het leven laten. Het effect op de publieke opinie zou veel groter zijn als jonge mannen uit Moskou of Sint-Petersburg omkwamen in het conflict. De stampij die zoiets oplevert, komt Poetin niet goed uit.”
Twee gezichten
Het voordeel van Ruslands multi-etnische samenleving is dat het overal ter wereld een goede beurt kan maken. Die manier van doen gaat al terug tot de Sovjet-Unie. Toen werden Oezbeekse en Turkmeense diplomaten als ambassadeur naar het Midden-Oosten gestuurd. Door hun islamitische achtergrond pasten ze veel meer bij de oosterse cultuur en kon Moskou meer gedaan krijgen in die gebieden. Ook in Afghanistan speelden troepen uit islamitische regio’s een belangrijke rol.
Dat is vandaag de dag nog steeds het geval in Syrië. Troepen uit de noordelijke Kaukasus –waar een grote meerderheid moslim is– worden naar Syrië gestuurd omdat de culturen dichter bij elkaar liggen. De Russen kunnen zo twee gezichten laten zien: een westerse identiteit richting het Westen, en een oosterse identiteit richting het Midden-Oosten. Maar in het geval van Syrië speelt er meer dan cultuur. Het telt ook dat ze uit afgelegen gebieden komen.
Het leger is aantrekkelijk voor veel mensen uit afgelegen gebieden. De lonen liggen daar laag, en dan is het leger al snel een uitkomst. Het leger betaalt meer dan gemiddeld en de lonen zijn bovendien stabiel. Daarnaast kunnen militairen tijdens verlof gratis reizen door Rusland. Abbasov: „Met 38 jaar krijg je pensioen; grofweg een duizendje of 25 (330 euro). Dat blijft heel je leven. Daarnaast kun je natuurlijk nog werken.”
De hoge beloning is een van de redenen waarom mensen toch naar Syrië blijven gaan, zegt Abbasov: „Mensen vertrekken voor een halfjaar en ontvangen 1 miljoen roebel daarvoor (15.000 euro). Natuurlijk is er het risico dat ze niet terugkomen. Mijn maat had geen familie, geen gezin, geen meisje. Hij had niets te verliezen en daarom ging hij.”
Overdrijven
Hoe kijkt sergeant Abbasov aan tegen de spanningen tussen Rusland en Amerika? „Ik zie eerlijk gezegd dat de Russische overheid de Amerikanen angst inboezemt en overdrijft over de sterkte van het Russische leger. Dat klopt allemaal niet, dat zie je meteen. De Amerikanen hebben veel betere techniek en veel betere wapens.”
Veel apparatuur van de Russen (vooral wapens en voertuigen) is gemaakt in het Sovjettijdperk, zegt de sergeant: „Hier in Chabarovsk, waar ik in dienst ben, is geen nieuwe techniek. Alles stamt uit de Sovjet-Unie en is enorm verouderd. En dat geldt echt niet alleen voor Chabarovsk. Ook in Moskou is allemaal oude apparatuur. Maar daar zijn wel vernieuwingen. In Moskou zijn fabrieken en er is controle. Bij ons is alles oud. Wapens staan gewoon te verroesten. We schieten er bijna nooit mee, en elke maand moeten we alles invetten om te voorkomen dat er roest op komt.”