Advies: minder grazers, meer plek voor vogels
Massale dierensterfte in de Oostvaardersplassen moet tot het verleden gaan behoren. Een commissie onder leiding van CDA-politicus Pieter van Geel adviseert in een langverwacht rapport het aantal ‘grote grazers’ in het gebied drastisch te verminderen. Het herstellen van het gebied voor vogels moet de komende jaren de hoogste prioriteit krijgen, vindt de commissie.
Veel betrokkenen reageren instemmend. Zo hoopt minister Carola Schouten (Natuur) „dat de rust terugkeert” en spreekt de provincie Flevoland van een „afgewogen advies”. Het provinciebestuur komt volgende maand met concrete plannen over het beheer van het veelbesproken gebied, waar heckrunderen, konikpaarden en edelherten leven.
Ook actiegroepen die de laatste maanden herhaaldelijk demonstreerden tegen de leefomstandigheden van de grazers, zijn positief over het voorstel om de kuddes te verkleinen. Volgens de commissie moet het aantal grote grazers worden gehalveerd tot 1100.
Honderden herten moeten worden afgeschoten, een deel van de paarden gevangen en elders uitgezet. In het vervolg moet Staatsbosbeheer ervoor waken dat de kuddes weer zo groot worden dat ze in een strenge winter, als er minder voedsel is, massaal sterven. „De natuur zijn gang laten gaan zoals tot nu toe gebeurde, is in Nederland niet realistisch”, aldus Van Geel. Volgens de commissie is er maximaal ruimte voor circa 1500 grazers. Hun gebied moet worden verkleind en deels plaatsmaken voor ‘natte natuur’, waar vooral vogels profijt van hebben.
Voor sommigen is de ‘reset’ die de commissie voorstelt niet te verkroppen. Zo spreekt de Partij voor de Dieren van een „wreed, dieronvriendelijk advies”. Ook de Dierenbescherming is tegen het afschieten van gezonde dieren. De organisatie zou liever zien dat het leefgebied van de grazers juist wordt uitgebreid. Door het verkleinen ervan „zal het welzijn van de dieren alleen maar verder aangetast worden in plaats van verbeterd”.