VS en VN zetten regering Sudan onder druk
De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Colin Powell, heeft dinsdag in Khartoem een dringend beroep gedaan op de Sudanese president Omar al-Bashir om maatregelen te nemen om de humanitaire crisis in de westelijke provincie Darfur te beëindigen. Powells Sudanese collega Mustafa Osman Ismail erkende dat er in Darfur „problemen” waren, maar hij ontkende dat er sprake was van een „crisis.”
Powell vloog dinsdag van de NAVO-top in Turkije naar Sudan voor overleg met de Sudanese machthebbers en om zich persoonlijk in Darfur op de hoogte te stellen van de situatie. Vandaag zou hij in de Sudanese hoofdstad Khartoem VN-secretaris-generaal Kofi Annan ontmoeten, die al heeft gedreigd met VN-maatregelen als Khartoem niet in actie komt. Het gaat hier om een crisis in de provincie Darfur, waar Arabische milities met steun van het Sudanese leger al anderhalf jaar lang de zwarte bevolking terroriseren.
Dorpen worden platgebrand en er wordt op grote schaal verkracht en gemoord, met als gevolg dat volgens VN-bronnen al minstens een miljoen mensen uit Darfur op de vlucht zijn geslagen. Volgens sommige Sudanese bronnen reageren de milities op een „opstand” van de zwarte bevolking van Darfur. Maar volgens Amerikaanse bronnen gaat het om de nog onontgonnen olievoorraden in Darfur. De moslimregering in Khartoem zou de opbrengst daarvan willen delen met de christelijke bevolking in het zuiden. Met dit aanbod hoopt Khartoem een wig te drijven tussen het opstandige Darfur en het opstandige zuiden.
Kofi Annan heeft de laatste dagen benadrukt dat men eerder in actie moet komen dan tien jaar geleden in Rwanda, waar toen zeker 800.000 mensen omkwamen in etnische confrontaties. Het is niet precies bekend hoeveel mensen er al zijn omgekomen in Darfur. Maar volgens het Amerikaanse Agentschap voor Internationale Ontwikkeling kan het dodental de komende maanden in de honderdduizenden lopen, als de ontheemden verder verzwakt worden door gebrek aan voedsel en door ziekten. Internationale hulporganisaties beschuldigen de regering in Khartoem ervan hulpprogramma’s voor de bevolking van Darfur te dwarsbomen.
Minister Powell heeft Khartoem gevraagd om hieraan een eind te maken. Hij heeft er ook op aangedrongen dat Khartoem de steun aan de Arabische milities in Darfur beëindigt. Het is nog niet duidelijk hoe effectief de pressie van de Amerikanen kan zijn. Met 116 miljoen dollar zijn de VS momenteel verreweg de belangrijkste steunverlener in Sudan. Het gaat Washington hierbij niet alleen om Darfur, maar vooral ook om de christelijke bevolking in het zuiden. Men vreest dat door de crisis rond Darfur de burgeroorlog in het zuiden ook weer zou kunnen oplaaien met alle gevolgen van dien.
Ook mensenrechtenrapporteur Asma Jahangir van de Verenigde Naties zegt sterke aanwijzingen te hebben gezien dat in de West-Sudanese regio Darfur misdaden tegen de menselijkheid worden gepleegd. Jahangir, die onlangs dertien dagen in Darfur was, riep de internationale gemeenschap gisteren op nauwkeurig in kaart te brengen wat zich de afgelopen vijftien maanden in Darfur heeft afgespeeld. Alleen op die manier kan volgens haar worden vastgesteld wie er verantwoordelijk is voor het geweld in de regio en op welke schaal er is gemoord.
Jahangir zei tijdens haar bezoek „absoluut duidelijke aanwijzingen” te hebben gezien dat de Arabische milities worden gesteund door de Sudanese regering.