Prestatiedruk bij jeugd gevolg van opvoeding
Jongeren dreigen te bezwijken onder de prestatiedruk. Dat is de uitkomst van een onderzoek dat de Evangelische Hogeschool (EH) hield onder bijna duizend christelijke jongeren. Net zoals hun seculiere leeftijdsgenoten denken ze dat het leven maakbaar is; dat geluk, plezier en welvaart gewoon te regelen zijn. En wie die niet heeft, is een loser.
EH-directeur Els van Dijk waarschuwt dat jongeren ten onder kunnen gaan aan ”de dictatuur van het geluk”. Vaak onbewust zuchten ze onder de prestatiedruk. Ze eisen van anderen en vooral ook van zichzelf dat ze de ruimte hebben om succesvol en gelukkig te zijn. Christenjongeren onderscheiden zich daarbij nauwelijks van hun seculiere leeftijdsgenoten.
De uitkomsten van het EH-onderzoek zijn niet nieuw. Al eerder is in studies en publicaties, waaronder die van Van Dijk zelf, gewezen op deze tendens. Maar, hoewel deze onderzoeksresultaten in lijn zijn met eerdere, is het elke keer weer schokkend als jongeren en vooral ouderen door nieuwe rapporten met hun neus op de feiten worden gedrukt.
Deze onderzoeksgegevens bieden vooral een beeld van hun ouders. Want de jeugd van tegenwoordig is wel het resultaat van de opvoeding door de ouders. Zij zijn het immers die hun kinderen hebben gebracht in deze sfeer van geluk zoeken en van prestatiedwang. Zij hebben hun kinderen bijgebracht dat succes betekent carrière maken, opkomen voor jezelf en materialisme. Zij zijn dus op zijn minst medeschuldig aan de vele burn-outs onder jongeren.
Natuurlijk is het goed jongeren in opvoeding, opleiding en vorming te wijzen op de plicht te woekeren met de ontvangen talenten. Maar dat mag zich niet vertalen in alleen maar werken aan het eigen succes. De vraag in de opvoeding moet niet zijn: hoe word je succesvol?
Het kardinale punt is: hoe ben je dienstbaar? Dan gaat het niet om ik, maar om de ander en ten diepste om de Ander. Dat dienen ouders en andere opvoeders niet alleen voor te zeggen maar vooral voor te leven.
Het moderne streven naar succes is volstrekt seculier, maar heeft de christelijke kring –jongeren en ouderen– in zijn greep. Terwijl de Bijbel een heel andere stip op de tijdshorizon heeft geplaatst.
Een christen weet dat hij hier geen blijvende stad heeft, maar juist moet zoeken naar de toekomende. Dat is geen wensdenken, zoals mensen soms scham- per beweren. De Heidelbergse Catechismus antwoordt op de vraag ”Wat troost schept gij uit het artikel van het eeuwige leven?”: „Dat, nademaal ik nu het beginsel der eeuwige leven in mijn hart gevoel, ik na dit leven volkomen zaligheid bezitten zal.” Dat eeuwige leven is voor de gelovige nu in dit leven al realiteit. Dat is de theologie van het verlangen. Daar moeten jongeren (en ouderen!) naar leren hunkeren. Daardoor ontsnap je aan de moderne dictatuur van het geluk.